~V-J «--~:-iv •-:r- *\jz.
t
-.•t.
'n Li L,\
t -
S -.telJL.
rant rood. De pigmenten wer
den gebonden met een emulsie
van eierdooier en een drogende
- waarschijnlijk - lijnzaadolie.
Dit medium laat gemakkelijk los
bij uitdroging, waardoor de
slechte conditie van de schilde
ring verklaard is.
Bij de meest recente restauratie
werden verflagen die schilferden
vastgezet, de watervlekken zo
veel mogelijk verzacht en sto
rende retouches verwijderd.
Er zijn heel bewust geen recon
structies gemaakt, maar op
plaatsen waar de contouren dui
delijk waren is er geretoucheerd
met pastel, een medium dat re
versibel is en duidelijk herken
baar als van latere datum.
De schildering is uitgevoerd in
de internationale, gotische stijl
die algemeen was in Noord
West Europa in de 14e en het
eerste kwart van de 15e eeuw.
Kenmerkend voor deze West-
faalse stijl zijn de slanke, lange
figuren met vloeiende, S-vormi-
ge contouren, een spitse kin en
krullende haren, de sierlijke
handen, de naar beneden ge
trokken oogleden, de pruilende
mond, het hoge voorhoofd en
de melancholieke uitdrukking
van het gezicht. Opvallend is het
zeer sobere kleurgebruik. Pig
menten als lapis-lazuli, kobalt-
of ultramarijn blauw of verguld
sel ontbreken geheel.
Sober is ook de uitvoering in de
mate van detaillering van de fi
guren. Het schilderen van de
bijfiguren in plaats van het veel
gebruikelijker beeldhouwen van
die figuren wijst op een zuinige
aanpak. Het is niet onwaar
schijnlijk dat de schildering
werd uitgevoerd door een rond
trekkende meester afkomstig uit
of opgeleid in Westfalen. Keu
len en Münster waren de be
langrijkste centra in deze regio.
Ook de iconografische details
wijzen in die richting. In een
aantal andere kruisigingsscenes
van Westfaalse schilderingen
wordt eveneens gebruik ge
maakt van een monochrone
donkere achtergrond met daar
op sterren.
Het retabel was een belangrijke
visuele getuigenis van gebeurte
nissen uit het leven van Christus
en de heiligen. De hoofdvoor
stelling van Christus aan het
kruis met links daarvan Maria,
zijn moeder, symbool van de
kerk en rechts Johannes de
Evangelist als symbool van de
synagoge, wordt vaak geflan
keerd door de afbeelding van de
patroonheiligen van de op
drachtgevers van de altaarkast.
In dit geval zijn de vrouwelijke
heiligen herkenbaar aan de zalf-
bus die zij als attribuut dragen.
De Griekse theologen onder
scheiden drie Maria's: de eerste
is Maria van Magdala, uit wie
Jezus zeven duivelen dreef (Lu
cas 8:2 w; Marcus 16:8). Vanaf
dat moment blijft zij in zijn na
bijheid. Zij is ook aanwezig bij
zijn kruisdood en neemt deel
aan de graflegging en zalving.
Na zijn verrijzenis verscheen hij
aan haar als hovenier. Deze
'Noli me tangere'-voorstelling is
aan de buitenzijde van de luiken
afgebeeld. De tweede Maria
legende betreft een door Lucas
genoemde maar niet nader om
schreven zondares Maria (Lucas
7:36) die de voeten van Christus
45
Tv -d
L
Ïteï I
U(vi,
t-v... v- -*sjJ
r
1 r - - -§
-
M, J i is
S k'Mte h hi
I
*■.-
- -
j--*
r -
y|
«*TT
*7
-
g i
s I V h\ 1 - M s -r
v -
ar.*.*
-V
j IH
4? 4 - -