Jaap Riemens
Inleiding
Dit jaar is het 300 jaar geleden
dat de kerkeraad van de Luther
se Gemeente van Zutphen over
ging tot de aankoop van een
pand in de Beukerstraat om er
een kerkgebouw van te maken.
De datum waarop het stadsbe
stuur toestemming verleende
(2 maart 1693) voor de verbouw
tot kerk - en dus tot het houden
van godsdienstoefeningen - is
voor de huidige Lutherse Ge
meente het begin van haar ge
schiedenis. Helemaal juist is dat
niet. Uit de gegevens van het
eigen archief blijkt dat de kerk
'oudere papieren' heeft.1
De kerkeraad kocht het pand,
waarschijnlijk een stadsboerde-
rij, uit een boedel. Het duurde
langer dan een jaar eer de ge
meente het gebouw als kerk in
gebruik kon nemen. De winter
van 1693/94 blijkt streng ge
weest te zijn. Maar op 29 sep
tember 1694 kan het kerkge
bouw worden ingewijd.
Dat de lutheranen de datum van
2 maart 1693 hanteren als uit
gangspunt voor hun herdenking,
is in feite onjuist, maar de predi
kant-kerkhistoricus Johannes
Christoffel Schultz Jacobi, die
150 jaar geleden hier predikant
was, gaf naar aanleiding van die
gebeurtenis zijn Feestrede ter vie
ring van het honderd-vijftig jarige
gevestigd bestaan der Evangelisch-
Luthersche Gemeente te Zutphen2
uit. Het gevestigd bestaan was
volgens hem doorslaggevend,
niet het feit dat de kerk al vele
jaren daarvóór een gemeenschap
vormde van lutheranen.
Tot 1693
Het is interessant om na te gaan
hoe het de lutheranen verging
tót het jaar 1693. Het zijn im
mers volgelingen van de kerk
hervormer Maarten Luther, die
in 1517 geschiedenis heeft ge
schreven met zijn 95 stellingen,
vastgenageld aan de kerkdeur
van Wittenberg.
Uit Zutphen afkomstig is Hen
drik van Zutphen die zich sterk
door Luther liet inspireren. Hij
zal in de stad stellig de ideeën
van Luther over hervorming van
de Rooms Katholieke Kerk heb
ben uitgedragen. Kort na zijn
dood is er in Zutphen en omge
ving sprake van de vestiging van
lutheranen. In 1530 wordt er
melding van gemaakt. Ze zijn
nog naamloos, net als de we
derdopers. Als ze zich in de stad
ophouden - en de overheid
heeft het vermoeden dat dat zo
is - moeten ze verwijderd wor
den. Maar dan duurt het nog
vele jaren eer ook in Zutphense
bronnen sprake is van 'luthera
nisme'.
Terwijl landelijk de Lutherse
Kerk georganiseerd is, met een
machtig college in Amsterdam
(het Amsterdamse Consistorie),
is het in het oosten van het land
met het lutheranisme kennelijk
niet zo voortvarend gegaan.
Langs de IJssel zijn wel lutherse
gemeenten te vinden, maar pas
veel later. Toch heeft de komst
van lutheranen in juist deze ste
den een duidelijke oorzaak. Het
waren garnizoenssteden.
Tot 1693 gaat het in Zutphen
vooral om het 'gedogen' van de
lutherse godsdienst. De officiële
godsdienst is sinds 1591 de ge
reformeerde. In dat jaar gaat
Zutphen definitief over op de
'nije leer', ook wel de 'gerefor
meerde' of calvinistische leer ge
noemd. Voor lutherse praktijken
is plaats noch ruimte. Zo dient
iemand die in die tijd burger
van de stad wil worden onder
andere te zijn van de 'ware gere
formeerde religie'. Daaronder
verstaat het stadsbestuur slechts
de calvinistische godsdienst. Wie
rooms katholiek is, wordt geen
burger van de stad. Maar ook
lutheranen krijgen vrijwel geen
voet aan de grond in het leven
van de stad in die jaren.
Toch zijn in de burgerboeken
diverse lutheranen te vinden. De
eerste die ik heb gevonden is de
goudsmid Paul Creton uit Em
merik. Hij krijgt in 1655 het
1
Driehonderd jaar Lutherse Gemeente
Zutphen