Zutphen werd immers aanvankelijk, bijvoorbeeld in 1059, alleen het oppidum, de sterkte, aangeduid. De oppervlakte daarvan was vijf hectare, hooguit ViHo (zegge: een half procent) van het Zutphense grondgebied in de Late Middel eeuwen. In een 'Zutphense' oorkonde van 28 december 1107 (?)17 wordt een naam gebruikt waarvoor geen andere bestemming bekend is: 'Menardinghame'. In deze naam valt de uitgang 'ham' op. We kennen die als uitgang in Birmingham en Buckingham en in het woordje 'hamlet', waarmee een gehucht wordt aange duid. In onze eigen omgeving was er sprake van Berlehamme of Barlham, ten zuiden van de Oude IJssel tegenover Langerak bij Doetinchem. In Oost-Nederland komt de uitgang 'ham' zeven maal voor, in Westfalen negen maal, in Wallonië en Noord-Frankrijk, het stamland van de Franken, zeer vaak en in Oost-Engeland 56 keer.18 Al die vermeldingen hebben betrek king op de tijd voor 1200. 'Ham' komt van het oud-germaanse 'hamma' en betekende begrensd gebied, waarbij we nog kunnen verwijzen naar 'hem' dat in modern Engels 'zoom' be tekent en als 'hemm' in het oud-Engels 'grens' is. Volgens een etymologische verklaring in een Engels woordenboek zouden plaatsen met 'ham' uitsluitend voorkomen aan een rivier en dan nog alleen op een plek waar die een hoek maakt. Dat gaat ook op voor Hamburg. In Engels dialect is 'ham' tegenwoor dig grasland.19 Het eerste deel van de naam Menardingham verwijst naar een persoon: dat zal dan zijn: Meginhard, Menard of Meinhard. Die naam is ook herkenbaar in Meinerswijk, de strook aan de Betuwse kant van de Rijn bij Arnhem. Prof. J. M. van Winter ontdekte dat die wijk is vernoemd naar Meginhard, de vader van WichmanI, uit het Frankisch-Saksische geslacht van de Billungen. Die vader, de tweede bekende Meginhard, leefde rond 900. In dat geslacht komen zelfs vier verschillende Meginhards voor. Een eeuw eerder, in 794, is een Me ginhard getuige als Liudger voor het klooster Werden in Essen in Wichmond een stuk grond krijgt van Uracharius.20 De 'Billungse' naam Everhard, waar van vijf verschillende voorbeelden bekend zijn, komt in de Zutphense familie voor zoals de oudste oorkonde van 1059 bewijst. Het was de naam van een zoon van Godschalk, Heer van Zutphen. Wichman II, die in 968 het klooster Elten stichtte, of andere Billungen, kun nen bezit hebben gehad in de omgeving van 'Zutphen'. Ze waren graven in Hamaland. Dat lag aan beide zijden van de IJssel en strekte zich uit van het Rijnland tot en met Salland. Hun Zutphense gebied kan naar één van de Me- nards zijn genoemd. Dat klinkt aannemelijker dan de veronderstelling van De Vries in De opkomst van Zutphen die aannam dat de naam afkomstig zou kun nen zijn van een pachter op het goed de Mars.21 De naam Menardingham, voor niet-stedelijk Zutphen, werd in 1107 vermeld 86

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphen (vanaf 1982) | 1991 | | pagina 16