De Zutphense kerk had maar twee dependancesterwijl de bisschoppelijke
kerk van Deventer er in ieder geval vijftien had. Dat zal geen toeval zijn. Zou
een bisschop zijn eigen Zutphense kerk ook geen kerken en kapellen hebben
laten stichten? Dat zou bijvoorbeeld goed hebben gekund in Gorssel, waar de
Zutphense proost veel horige erven bezat en waar in de vroege Middeleeuwen
nog geen parochie bestond.16 Het Zutphense kapittel had alleen Lochem en El-
lecom onder zich en dat waren grafelijke kerken geweest, die aan het kapittel
zijn opgedragen.17 Zouden Heren van Zutphen hun eigenkerken hebben over
gedragen aan de kerk van een ander, in dit geval de bisschop?
Het grafelijke Zutphen had geen aparte parochiekerk binnen het oppidum
(de oorspronkelijke sterkte of burcht) en binnen het stadsgebied van vóór 1312,
dat is de Oude Stad. Deventer, Maastricht, Utrecht, Tiel en Groningen hadden
dat wel. In Groningen hadden de burgers ruzie met de bisschop over hun kerk,
die door hem werd 'misbruikt'De graaf heeft ook bij gelegenheid Arnhem een
tweede kerk bezorgd, weer een Walburgskerk, door de gevluchte kanunniken
van Tiel op te nemen.18 Tiel was nog Brabants en Arnhem had nog geen kapit
tel. Dat zal ook geen toeval zijn geweest want de kerk daar hoorde aan het
klooster Prüm uit de Eifel en was geen eigenkerk van de graaf en evenmin van
de bisschop. De graaf stelde als voorwaarde dat het huis van het kapittel in
Arnhem als verblijf mocht dienen voor hemzelf en zijn paarden als hij in de
stad kwam.
Het zegt misschien iets dat de Zutphense kerk niet aan Sint Maarten was ge
wijd zoals de Oostnederlandse kerken van Warnsveld, Doesburg, Westervoort,
Zevenaar, Eist, Arnhem, Elten, Didam, Emmerik, Griethuizen, Gendringen,
Etten, Lent, Gent, Markelo, Enschede, Giethoorn, Beilen en Groningen.19
St. Maarten was de specifiek 'Utrechtse heilige'. Bisschop Ansfried, (na 974),
die ook als stichter van een kerk in Zutphen in aanmerking komt, had een voor
keur voor St. Michael als patroon.20
Er is op gewezen dat het patrocinium van Walburga verwijst naar het Duitse
Rijk.21 In Eichstatt en het klooster Monheim kwam na 892 de verering van
Walburga weer tot leven. Zij was al anderhalve eeuw eerder gestorven. Haar
overblijfselen zijn toen overgebracht uit haar klooster in Heidenheim naar
Eichstatt, dat een belangrijke bedevaartplaats werd en nog is.22
Het kerkelijk feest van Walburga in Zutphen is gerelateerd aan die translatio
of overbrenging en wordt op 1 mei gevierd. Die dag was eigenlijk de feestdag
van de apostelen Jacobus en Philippus, niet bepaald tweede keus heiligen. Toch
moesten ze wijken voor een streekheilige. De apostelen zijn bij de wandschilde
ringen in Zutphen echter niet vergeten. Als de sterfdag van Walburgis was ge
vierd had men in februari haar patronage kunnen herdenken en had men de
liturgie van het feest van Jacobus en Philippus kunnen handhaven. De relatie
4