steden, hun bewoners en activiteiten, en met het omringende land verbindt; en
hoe dat alles op elkaar inwerkt.
Later heb ik zelf jarenlang het onderzoek verricht naar de geschiedenis van
cultuur en religie, steden en mensen in Frankrijk, Catalonië en tot in Italië toe,
en ik heb studies geschreven die zo ongeveer heel Europa dekken. Toch blijft
terugkeren naar Zutphen voor mij zoiets als thuiskomen. Niet alleen als een
persoonlijke ervaring, vanwege familiebanden. Maar juist ook voor de histo
ricus die ik ben geworden: het is voor een deel een terugkeer naar de dromen
van vroeger, als de stimulerende inspiratiebron die zij ooit waren en in zekere
zin altijd zijn gebleven maar nu met een meerwaarde. Ik bekijk de stad met
een andere blik. Zie haar als een klein, soms nietig element van het veel weid
sere krachtenspel dat hele landen omvat - en was dat in graaf Otto's tijd al
niet zo?
Ik probeer te analyseren hoe die complexe stad in de geschiedenis heeft ge
werkt en geleefd, de lagen van de tijd te onderscheiden, daaraan beelden vast
te knopen. Steunend op steeds weer andere relicten uit het verleden probeer ik
mij huizen, straten, markten voor te stellen zoals ze eeuw na eeuw geweest zijn,
steeds weer anders.
Wie eenmaal als historicus bezig is geweest, kan niet meer zomaar wegdromen:
ongemerkt toetst hij zijn dromen aan wat hij aan kennis en wetenschap in zich
zelf heeft opgeslagen. Dat verrijkt zijn omgang met het verleden. Het stelt hem
in staat om zijn historische beelden zo te schetsen dat ze voor ons allen herken
baar worden. Zijn belangstelling is verbreed, heeft meer perspectief gekregen.
En toch het contact met de stad van zijn jeugd dwingt hem telkens weer om
de realiteit van zijn dromen te beseffen. Het drukt hem met de neus op het sim
pele gegeven dat geschiedschrijving vóór alles een manier is om rekenschap te
geven van leven en denken, vreugde en droefheid, lijden en verwachting van
een kleine, herkenbare groep mensen van vlees en bloed uit een ver of een nabij
verleden.
Noten
1. Geschreven tijdens een studieverblijf aan de Europese Universiteit van Florence, november
1990.
2. Geschiedenis van Zutphen (Zutphen, 1989), 26-27
101