Zoals al is opgemerkt werd het een en ander een gebed zonder eind. Men blééf
dan ook praten over de sluizen. In 1841 was men er nog mee bezig. Het Ministe
rie van Oorlog had intussen ook toestemming verleend voor medewerking, met
de opmerking dat de verdediging van de vesting Zutphen gehandhaafd moest
blijven.17 Om die reden zou achter de grote schutsluis een ophaalbrug moeten
worden aangebracht.18
In 1843 kwam kapitein ingenieur Van Brienen van Ramerius met een nieuw
ontwerp waarbij de 'kapitale gracht' van de vesting tot haven zou moeten wor
den ingericht en door een schutsluis met de IJssel verbonden zou worden; kos
ten 148.000.19
Het belang van sluis en haven
Waarom was de aanleg van de sluizen en de binnenhaven zo belangrijk? In de
eerste plaats zou de aanleg van de ontworpen binnenhaven een uitmuntende
stapelplaats geven. Nu werd het aangevoerde hout gelost op de dam, die de
stadsgracht van de IJssel scheidde. Aan weerszijden van de algemene weg bui
ten de Marspoort lagen dan ook bergen hout opgestapeld die per kar vanaf de
Berkel vervoerd werden naar de IJssel, om pas maanden later in de IJsselsche-
pen geladen te worden. Het vervoer per kar was kostbaar en ook het verlies aan
hout was groot, doordat het toezicht bij het verwerken moeilijk was. Het wa
ken tegen diefstal was nog moeilijker. Veel houtkopers weken dan ook uit naar
de stapelplaatsen bij het Harenberg en bij de Dommershorst, hoewel alles per
as gebracht moest worden. Sommige kooplieden, die verplicht waren het hout
gedurende de winter aan de Wel te Zutphen te laten staan, gaven een verlies
op van 9°7o.
Ten tweede was een sluis belangrijk, om de Berkelschepen tot in de IJssel te
kunnen voorschutten. Ook konden dan bij een gunstige waterstand de kleinere
IJsselschepen een eind de Berkel opvaren.
Ten derde zou om bovengenoemde redenen de scheepvaart en de handel van
de stad bevorderd worden.20
Helaas, de mooie plannen werden niet ten uitvoer gebracht. Op 14 mei 1847
werd in de gemeenteraad nog wel gesproken over de verbetering van de Berkel,
maar noch over de sluis, noch over de scheepvaart werd gerept.21
De oorzaak van deze ontwikkeling kun je alleen maar vermoeden 'te duur'
en 'wie zal dat betalen'. Daarbij komt, dat de ontwikkeling van de infrastruc
tuur niet stil lag. In 1841 was de grintweg Zutphen-Lochem-Diepenheim gereed
gekomen. Daarnaast stonden nog meer veranderingen op stapel. In 1865 werd
de spoorlijn Arnhem-Zutphen-Deventer geopend. Ook de spoorlijn Zutphen-
Enschede kwam in dat jaar gereed.22. In 1880 werdén de Duitse en Nederlandse
74