Waar dit goed of erf lag is bekend: rechts van de weg naar Apeldoorn bij de
Hoendernesterbeek. Het heette eerst de Mars en na 1500 Lintelohuis - naar
de nieuwe eigenaar - en het staat op verschillende kaarten afgebeeld. Het laat
ste kasteel, eigendom van Robert van der Capellen tot de Mars, is op het eind
van de achttiende eeuw afgebroken. Hij woonde liever op de Engelenburg in
Brummen.
Er zijn echter meer aanwijzingen. Al in 1268 draagt Wilhelmus, ridder van
Vorden, aan het Hospitaal in Zutphen akkers op bij de stad 'super Mersge'.7
Of 'super' hier als 'over' mag worden gelezen durven we niet te beslissen. Dat
zou gemakkelijker zijn geweest als er 'trans' had gestaan. Toch is de kans dat
er 'over' bedoeld wordt groot. Men schrijft logischerwijs niet gauw landerijen
'boven de Mars', want wat zou daarmee kunnen worden aangeduid? Latere
stukken uit het archief van het Spittaal bieden voorzover we konden nagaan
geen mogelijkheid tot identificatie van de akkers van Willem van Vorden.
Oude IJssel een Strang
In 1371/72, dus voor 1406, wordt de Hoendernesterbeek achter het Huis de
Mars een 'Strang' genoemd als de visserij er door de stad wordt verpacht: 'Dat
teelampt metten stranghe achter Johans huys ten Maersche 10 lb'.8
Tien jaar later in de rekening van 1381/82 - de verpachtingen vinden om
de tien jaar plaats is er weer sprake van visserij-inkomsten: 'van den hancke
achter den Mersche 6 scilde'.9 Er zijn zonder moeite tien vindplaatsen aan toe
te voegen, waaruit blijkt dat hier voor 1406 niet de IJssel zelf stroomde.
Aan die Hoendernesterbeek, het noordelijke stuk van de Oude IJssel, is al
vroeg een 'warande' of 'vogelei' van de graaf in het 'onland' (geen weerd, maar
moeras, woeste grond). Het jachtrecht werd eens geschonken aan de prior van
de Predikheren. Een afgesneden Strang is als warande (hier gebied voor de vo
geljacht) ideaal. Later wordt de vogelei steeds tegelijk met het visrecht in deze
Strang verpacht.
Conclusie uit deze gegevens: de Oude IJssel was in 1372, het jaar van de
oudst bewaarde rekening, al een dode tak.
Strang of hank genaamd het Slieck
Als de IJssel in 1357 tussen Nederhelbergen en Hooghelbergen is doorgeleid
mogen we verwachten dat de oude loop aan de Graafschapskant een dode arm
wordt. De visserij in die Strang of hank kan dan worden verpacht. Dat is ook
precies wat er gebeurt. De rekening vermeldt de nieuwe Strang naast de oude
32
