Omdat de vijand steeds meer troepen in de stad samentrok werd vermoed
dat de overtocht hier plaats zou vinden.
Om kwart voor elf kreeg kanonkazemat zuid enige treffers maar vuurde wel
door. Dit tegenvuur werd in de loop van de morgen steeds heviger maar men
hield stand.
Omstreeks twee uur zocht de commandant van het grensbataljon de zuidelij
ke sectie op. Hij trof die aan schuilende tussen de huizen ten zuiden van de
brug. Bij het oprukken zochten twee groepen op verkeerde wijze dekking door
tussen twee muren te gaan staan die evenwijdig aan de schootsrichting lagen.
Midden tussen de beide groepen viel een 10.5 cm granaat. Hierdoor werden
twee mannen gedood en één gewond.
Verder oprukkend bleek een in de uiterwaarden gelegen, zeer primitief geca
moufleerde, kanon-opstelling door het bedieningspersoneel verlaten en het ge
schut onbruikbaar gemaakt te zijn. Deze stelling werd toen door de helft van
de groep bezet. De rest werd over het terrein verdeeld met de opdracht een even
tuele rivierovergang tot het uiterste te verhinderen. Daarna ging de compag
niescommandant op zoek naar de noordelijke sectie, om die ook ten zuiden van
de brug te laten opereren. Deze bleek onvindbaar. Vele dagen later bleek dat
die op eigen gezag was teruggetrokken in de richting Voorst.
Omstreeks twee uur ging de commandant van het GB naar de commando
post van 1-3 RI. Deze was door hevig artillerievuur en ongunstige ligging moei
lijk te bereiken.
Tegen drie uur hield het vuren plotseling op. Daarna volgde een vijandelijke
aanval op de commandopost. Vijandelijke handgranaten en een hoop grint
voor de uitgang maakten het verlaten ervan praktisch onmogelijk. De com
mandant van 1-3 RI bezette met enige mensen de bovenverdieping. De bene
denverdieping werd door de commandant en manschappen van het grensbatal
jon verdedigd.
Door geweer- en pistoolvuur, handgranaten en een begin van brand werd
men gedwongen de strijd te staken en zich over te geven. De grootste verliezen
waren de vijand toegebracht door een scherp gerichte bundel zwaar mitrailleur-
vuur uit een kleine kazemat gelegen achter een brugpijler en daardoor onbe
reikbaar voor het vijandelijk geschut. Uiteindelijk moest men ook daar, omdat
de munitie op was, de ongelijke strijd staken.
De gesneuvelde Nederlandse militairen werden op de Algemene begraaf
plaats aan de Warnsveldseweg begraven.
Tot slot een paar herinneringen van Zutphenaren. Eén van hen vertelt dat hij
op de Warnsveldseweg Nederlandse militairen per auto en fiets richting stad
heeft zien rijden. Zij waren voorzien van rode armbanden. Enkelen riepen 'Le
ve de Koningin'. Militairen die voorbereidingen hadden getroffen voor het op-
4