1889
In de tijd waarin het nieuwe rechtbankgebouw werd geopend werd zeer streng
opgetreden tegen bedelaars en dieven. In Olst had een man een parapluie weg
genomen die buiten de deur van een huis te drogen stond. Elders had hij ge
bedeld en een cent ontvangen. Wegens diefstal en bedelarij werd hem 8 dagen
cel opgelegd en plaatsing in een rijkswerkinrichting voor de duur van 4 maan
den.
Iemand die met behulp van een kruiwagen een hoeveelheid plaggen had weg
genomen, kreeg een boete van ƒ3,De eis was ƒ5,
In dit verband moet opgemerkt worden dat het arrondissement Zutphen zich
100 jaar geleden uitstrekte van Voorthuizen tot Raalte en Winterswijk en van
Wijhe tot Zevenaar.
Ook Zutphenaren
Er stonden uiteraard ook Zutphenaren terecht. Welke delicten zij pleegden
wordt in onderstaande voorbeelden duidelijk.
Op de dag na Sinterklaas in 1887 gingen twee jongens van 15 en 16 jaar,
beiden van beroep sigarenmaker, op het dievenpad in de winkel van bakkerij
Kelderman. Daar pakten ze een stuk of zes stukken taai-taai weg. Mevrouw
Kelderman, die de winkel betrad, zag dat Karei Karsen iets wegnam en dat hij
zich samen met Gerrit Nootenboom snel uit de voeten maakte. Zij gaven ver
volgens aan hun vriend Derk Termaat (17 jaar) een stuk taai weg. De veldwach
ter vond bij laatstgenoemde nog een stuk van de buit. Termaat stond wegens
heling terecht omdat hij wist dat de taai gestolen was. Beide winkeldiefjes kre
gen 10 dagen gevangenisstraf terwijl de heler 5 dagen kreeg.
Toen de weduwe Hermina A. Rondeel op 21 december 1889 vernam dat een
zekere J. Rijnberg haar zoontje had geslagen, gaf zij hem moedwillig twee sla
gen in het gezicht. Zij moest terecht staan wegens mishandeling. Ter zitting zei
Rijnberg dat dit jongetje hem wel eerst had uitgescholden; pas daarna had hij
een klap uitgedeeld. De officier eiste ƒ5,boete, maar de rechtbank - ken
nelijk rekening houdend met de voorgeschiedenis - beperkte de straf tot 1
(in die dagen kwam dat neer op een klein dagloon).
De 28-jarige voerman H. Bobbink moest voor het kantongerecht terecht
staan wegens dronkenschap op de openbare weg. De rechter oordeeld dat hij
- als recidivist - een straf van twee keer 2 weken gevangenisstraf moest on
dergaan. Bovendien werd hij geplaatst in een rijkswerkinrichting voor de duur
van 1 Vi jaar. Hij ging in hoger beroep. Tevergeefs, want het vonnis van de kan
tonrechter werd bevestigd.
Op de IJsselbrug wilde een rijksveldwachter een zekere H. Geerlings (23 jaar
82