M.GROOTHEDDE
Inleiding
Bij veldverkenningen rond Zutphen gedurende de afgelopen jaren zijn veel
vondsten uit de steentijd gedaan.1 Het ging voornamelijk om (vuur)stenen
werktuigen. Deze vondstcategorie heeft in onze streken nog nauwelijks aan
dacht gekregen en de verspreidingskaartjes van steentijdvondsten uit de Ach
terhoek geven eerder de verspreiding van actieve amateur-archeologen aan dan
de vondstverspreiding zelf.
Alle recente vondsten die in onze omgeving, het gebied rond en in Zutphen,
gedaan zijn, komen van de dekzandgebieden. Dekzand bedekte vlak na de laat
ste ijstijd het gehele noorden van Europa, terwijl de fijnere 'löss' tegen de ho
gere gebieden van Midden-Europa werd afgezet. Uit de vroege- en midden-
oude steentijd2 zijn geen vondsten rond Zutphen bekend.
Na de laatste ijstijd keerde de mens terug, zoals ook daarvoor de mens na
elke ijstijd terugkeerde. In de late oude steentijd (ca. 12.000-10.000 BP)3 kwa
men seizoensmatig rendierjagers in deze streken. Het klimaat was toen nog
subarctisch. Berk en den waren de enige boomsoorten.
De midden steentijd (10.000-7.000 BP) kenmerkte zich door een belangrijke
klimaatsverbetering, een forse stijging van de zeespiegel en de terugkeer van
dichte bossen en vele diersoorten. De Mesolitische jager/verzamelaar speciali
seerde zich meer op de jacht op kleinere dieren en op de visvangst. De werktui
gen werden dan ook kleiner en verfijnder. We spreken dan over zogenaamde
microlithen.
De nieuwe steentijd, het Neolithicum (7.000-4.000 BP) is het tijdvak waarin de
landbouw zijn intrede deed. De mens zette de natuur naar zijn hand! Er werd
omgeschakeld van jagen en verzamelen naar het beoefenen van landbouw, iets
dat geleidelijk gegaan is. De landbouwers uit deze periode zijn degenen aan wie
we de stenen geslepen bijlen moeten toeschrijven waarover hierna sprake is.
De landbouw zorgde voor een grote vraag naar grondstoffen als goede vuur
steen. Uit vuursteenmijnen werden via tribale handelsrelaties vele vuursteen
soorten verspreid over Europa.
In de Bronstijd (4.000-2.700 BP 2.150-700 v. Chr.) ontwikkelde de land
bouw zich verder. Metaal, met name brons, deed zijn intrede en zorgde voor
uitbreiding van technische mogelijkheden. Toch bleef vuursteen tot in de Ijzer
tijd een belangrijke grondstof.
89
STEENTIJD IN ZUTPHEN