De stichting van de Waalse Kerk van de Graafschap Zutphen (L'Eglise wallonne du Comté de Zutphen) In 1579 kregen de Walen op de Nationale Synode van Dordrecht het recht een zelfstandige kerkelijke organisatie op te richten. Niet nationaal, maar wel plaatselijk, classicaal en provinciaal werd hun toegestaan vergaderingen in het Frans te beleggen. De aldus ontstane Waalse kerken waren administratief zelfstandig binnen het Nederduits gereformeerde kerkverband. De Waalse Sy node, het hoogste gezagsorgaan van de Waalse kerken, kwam hierboven reeds ter sprake. Voor de beschrijving van de geschiedenis van de Waalse Kerk van de Graaf schap Zutphen staan de historicus weinig gegevens ter beschikking over de lot gevallen van de kerk en die gegevens zijn dan ook nog hoogst onvolledig. Zo is het oudste consistorieboek verloren gegaan; de optekeningen beginnen nu eerst op 18 maart 1759, lopen dan zonder onderbreking door tot het verslag van de laatste zitting op 17 mei 1821De eerste doopinschrijving is van 17 juli 1687, de laatste van 4 februari 1810; de eerste huwelijksinschrijving van 26 juni 1695, de laatste van 5 mei 1808. Het lidmatenregister omvat het tijdvak van 1719 1821, maar het is apert slordig bijgehouden, met name wat in- en uitschrijvin gen betreft. Eerst na de herroeping van het Edict van Nantes, op 18 oktober 1685, wor den er protestante réfugiées uit Frankrijk in Zutphen aangetroffen. Blijkens resolutie van de Staten van het kwartier Zutphen d.d. 24 november 1685 moest in de gazetten bekendheid worden gegeven aan de volgende gunstige voorwaar den die de vluchtelingen werden aangeboden: 1. verlening van burgerrecht; 2. vrije uitoefening van beroep; 3. vrijstelling van diensten in de burgerwacht en vrijdom van stedelijke belastingen gedurende 12 jaar; 4. aanstelling van een Franse predikant zodra er zich een voldoende aantal réfugiées in de stad be vond. Op 31 maart 1686 werden twee leden van de Staten gemachtigd het ambt van Frans predikant aan te bieden aan Samuel Basnage de Flottemanville, op een tractement van 200 ducaten en met vergoeding van verblijfkosten. Ds. Basnage aanvaardde het beroep. De Waalse Synode wees op 24 april 1686 ds. Vernejou, Waals predikant te Arnhem, aan om te Zutphen, waar op verzoek van de Zut- phense magistraat van 13 april een gemeente gesticht was, de predikant en de kerkeraad te installeren. Ds. Vernejou, vergezeld van een der ouderlingen uit Arnhem, baron Ripperda3, voldeed aan die opdracht en installeerde ds. Basna ge en de kerkeraad. Op 9 juli waren de leden van de kerkeraad benoemd en de volgende dag aanvaardde de magistraat een resolutie waarbij de nieuwe ge meente bevoegd werd verklaard op de volgende voorwaarden: 1. de tijdens de godsdienstoefening ingezamelde gelden moeten onmiddellijk aan de penning- 66

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphen (vanaf 1982) | 1989 | | pagina 16