J. KREIJENBROEK
Op 1 februari 1989 was het 80 jaar geleden dat de Wet op het Arbeidscontract
in werking is getreden. De belangrijkste artikelen in deze wet zijn:
Vaststelling van het loon en in welke vorm dit kan worden uitbetaald; verbod
op gedwongen winkelnering; voorzorgsmaatregelen waartoe de wetgever ver
plicht is; gelegenheid geven voor het bijwonen van vakonderwijs, gods
dienstoefeningen en dergelijke en inwonende arbeiders bij ziekte zes weken ver
plegen.
In Zutphen is die invoering niet zo gemakkelijk verlopen. Stakingen, uitslui
tingen en onrust waren daarvan het gevolg.
De Zutphensche Courant houdt ons hiervan nauwkeurig op de hoogte en wij
zullen deze dan ook als gids nemen.
We pakken de draad op bij 14 januari. Dan wordt een verslag gepubliceerd
van een bijeenkomst. Een zeer groot aantal belangstellenden is bijeen in het Ar
beidersgebouw aan de Halterstraat. Het is er zo druk dat veel mensen moeten
staan. Volgens één van de sprekers is bij de totstandkoming van het arbeidscon
tract duidelijk vast komen te staan dat verenigde arbeiders een grote macht vor
men. Aan hun verzet is het te danken dat het eerste wetsontwerp is ingetrokken
en het tweede veel gunstiger bepalingen bevat. Het arbeidscontract gaat uit van
de veronderstelling dat patroons en arbeiders gelijkwaardig zijn. Volgens deze
spreker is dat misschien zo op zondag, maar door de week in ieder geval niet.
Dan is de patroon de absolute heerser en de arbeider de onderdanige dienaar.
De arbeider is de zwakste partij en een arbeidscontract moet hem steun verle
nen. Aan het eind van de vergadering vraagt de voorzitter de georganiseerde
arbeiders het aangeboden contract niet te tekenen: 'Achter U staat de gehele
arbeiderspartij in Nederland'. Met algemene stemmen wordt de volgende motie
aangenomen: 'De vergadering van bouwvakkers bijeen op dinsdag 12 januari
in het gebouw der Algemene Arbeiders Vereniging te Zutphen, gehoord de be
spreking over de door de patroons ter tekening aangeboden individuele ar
beidsovereenkomst, overwegende dat deze in het nadeel der werklieden is,
spreekt als haar mening uit dat het om genoemde redenen de plicht is van elke
bouwvakker het ontvangen biljet aan de patroon ongetekend te overhandigen,
draagt echter het bestuur van de Centrale bond van bouwvakkers op niet onbe
proefd te laten het daarheen te leiden, dat in overleg met de patroons een collec
tief contract tot stand komt'.
44
KRONIEK VAN EEN STAKING