Nu is er geen stad in Nederland en wijde opgeving, waar deze beroemde
volksprediker zó vaak is opgetreden als te Zutphen. Bij niet minder dan 49 gele
genheden wordt zijn naam vermeld in de stadsrekening in verband met een
preekoptreden en de daarop volgende tractatie. Er is alle reden om aan te ne
men, dat Brugman de meeste tijd tussen mei 1458 en mei 1463 in het klooster
Galilaea zijn domicilie heeft gehad, maar erg vaak thuis was hij niet. In alle
hoeken van Nederland, België, Rijnland en Westfalen komen wij hem tegen,
altijd actief voor het vestigen van nieuwe kloosters en het verkondigen van de
leer aan kloosterlingen en volk. Dat hij daar tussendoor toch nog zo vaak tijd
vond om in de Sint Walburg te preken (in januari-februari 1463 zelfs 21 preek-
dagen achter elkaar in een koude kerk!), toont wel aan dat hij de bevolking van
Zutphen iets te zeggen had. En de stadsregering vond zijn woord telkens weer
van waarde voor de burgerij, anders had zij niet keer op keer zijn vertering be
taald.
Wij weten dat Brugman zich geweldig kon opwinden over de ontwijding van
hoge kerkelijke feestdagen met marktverkoop, drankmisbruik en goklust. In
verschillende steden wist hij te bereiken, dat er verordeningen tegen zulke uit
spattingen werden uitgevaardigd. Het is goed voor te stellen, dat hij ook te Zut
phen tijdens de jaarlijkse Walburgkermis in augustus 1458 aan de nogal ruw
feestvierende stadsbevolking allerlei rampen heeft aangezegd, als zij zich niet
prompt zou bekeren. De reputatie van deze rampenvoorspelling is dan van ge
neratie tot generatie blijven voortbestaan, minstens binnen het klooster Gali
laea zelf. Van tijd tot tijd zullen latere predikers uit dat klooster Brugmans
'profetie' dan weer van stal hebben gehaald tegenover het Zutphense kerkvolk.
De stadsrekeningen tonen duidelijk aan, dat de strenge Franciscanen vanaf hun
eerste vestiging in juni 1456 tot aan hun verdrijving door de Geuzen in juni 1572
bij de overheid een goede naam hadden. In 1459 heeft de leiding van de Sint
Walburgskerk zelfs deze Franciscanen aan de Dominicanen voorgehouden als
voorbeeldig en heilig levende kloosterlingen!31 Woord en daad van Brugman
moeten daartoe hebben bijgedragen. En hij moet het wel geweest zijn, die ruim
op tijd heeft gewaarschuwd, dat Zutphen niet klaar zou zijn voor de strijd en
getroffen zou worden door rampen.
Jan Brugman en Zutphen: een bijzondere band
Het is dan ook wel duidelijk, dat de stad Zutphen en haar bevolking een bijzon
dere plaats hebben gehad in Brugmans hart. Niet dat daarnaast een grote sym
pathie in patriciërskring voor de observanten in het algemeen zonder uitwer
king is gebleven. Van de familie Kreynk weten wij, dat zij in 1455 alles gedaan
heeft om de Minderbroeders naar Zutphen te halen. Vermoedelijk na sterke te-
40