C.F.J. SCHRIKS
Nauwelijks was het boekje verschenen of ik werd opgebeld door mevrouw
G. A. Langlois van den Bergh te Warnsveld die mij wees op een aardige passage
in het boek Nederland in den goeden ouden tijdzijnde het dagboek van Jacob
van Lennep en zijn vriend Dirk van Hogendorp, betrekking hebbende op hun
reis te voet, per trekschuit en per diligence door de Noord-Nederlandse provin
ciën in het jaar 1823, opnieuw uitgegeven door Uitgeversmaatschappij W. de
Haan te Utrecht in 1942. Ik volsta met te melden dat op pagina 176 en volgende
een aardig en uitvoerig relaas te vinden is van de wederwaardigheden die beide
heren in Zutphen beleefden. Zij bezochten het logement De Kroon, aten er,
brachten er enkele nachten door en frequenteerden de Sociëteit enkele malen.
De heer Th. Dijckmeester, die mij eveneens op bovengenoemde passage at
tent maakte, schreef een uitvoerige brief waaraan ik met zijn toestemming een
aantal belangrijke gegevens ontleen.
Over de passage op blz. 13/15 in het boekje merkt Dijckmeester op dat het
interessant zou zijn te weten welke Van der Capellens lid zijn geweest van de
Sociëteit. Drie van dit geslacht waren in de beschreven periode in en om Zut
phen min of meer prominent. De bekendste ervan waren Joan Derk en Robert
Jasper. Deze beiden zijn m.i. geen lid van de Sociëteit geweest. De derde, Fre-
derik Benjamin, is burgemeester van Zutphen geweest. Alle drie bewoonden zij
havezathen in de omgeving van Zutphen. Helaas werd het familiegraf van de
Van der Capellen's in Gorssel in 1788 opgeblazen nadat de troepen van Koning
Frederik van Pruissen de Oranjepartij aan de macht hadden gebracht.
Op pagina 16 is sprake van 'Suyderas' en Oranjegezind edelman. Daarmee
is Mr. A. R. baron van Heeckeren tot Suyderas bedoeld. Deze Van Heeckeren
was lid van de Sociëteit.
Op de pagina's 21 en 25 is tweemaal sprake van W. G. J. baron van Rhenen,
hetgeen van Rhemen moet zijn.
Interessant is het te vernemen dat niet de gemeenteraad, maar burgemeester
mr. J. Dijckmeester in 1926 de openbare vertoning van de film 'Pantserkruiser
Potemkin' verbood. Diens zoon tekent daarbij aan dat zijn vader het moeilijk
had met die beslissing. Dat deze, als eerst verantwoordelijke voor de openbare
orde, over die beslissing in de eerstvolgende raadsvergadering werd aangeval
len, lag voor de hand. Sprekend over burgemeester Dijckmeester moge ter aan
vulling (p. 53/54) worden vermeld dat hij in december 1940 werd gearresteerd
79
AANVULLINGEN BIJ DE
KLEINE HISTORIE VAN DE GROOTE OF ORANJE
SOCIËTEIT ZUTPHEN 1988
