Oefent in het algemeene eene regelmatige, voor alle uitspatting zich wach tende levenswijze een grooten invloed uit op de bewaring der gezondheid, zij is van het hoogste belang bij het heerschen van cholera. Indachtig aan de spreuk 'de gewoonte is de tweede natuurwijke men niet te veel van zijne gewone levenswijze af. Matigheid evenwel in spijs en drank moet wel zijn. Onmatig gebruik van dezen - vooral van sterken drank, alle bui tensporigheden en den leefregel, nachtbraken en zwelgerijen bevorderen de opneming van smetstof. Zutphen was niet de enige stad die in dat jaar de kermis schorste. In Den Haag, Amsterdam en de in de nabije omgeving liggende plaatsen als Bronkhorst en Winterswijk vond de kermis uit gezondheidsoverwegingen niet plaats. Ook op internationaal niveau werd er een verband gelegd tussen de cholera en de ker mis. De in mei 1866 belegde vergadering van deskundigen te Constantinopel noemde de besmettingsconcentratie van de kermis één van de verspreiders van de cholera. 1876, het jaar van de kermisafschaffing In januari 1876 nam de raad het besluit de kermis af te schaffen. Uit gebruike lijke verslaglegging van de openbare raadsvergadering in de Zutphensche Cou rant worden de overwegingen van de raadsleden duidelijk. Het economisch be lang van de kermis was verdwenen. 'De ontwikkeling der middelen van verkeer is van dien aard, dat de instandhouding der kermis nergens meer noodig is; nie mand wacht meer, om zich dit of dat artikel aan te schaffen "tot de kermis", die dan ook niet meer door kooplieden van naam bezocht wordt'. Ook was de kermis 'een middel tot uitspanning, tot uitspatting dikwijl, en gaf tot veel ge bruik, tot veel misbruik van opwekkende dranken aanleiding'. Niet alle raadsleden waren deze mening toegedaan. Zo bracht het raadslid De Bas naar voren dat de eerdere schorsing van de kermis in 1871 niet had geleid tot een 49

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphen (vanaf 1982) | 1988 | | pagina 31