niets duurzamer is dan een tijdelijke maatregel.' Zodra het contract van de be staande aansluitingen is afgelopen, dienen ook deze aangeslotenen jaarlijks 55,00 te betalen. Contracten waren toen een jaar geldig. Een ander iets is de zondagsdienst. Die was in Zutphen 'evenals op werkdagen'. Maar het Rijk wil dit beperkten tot de zondagochtend: het bureau zal gesloten worden van 15 uur tot 19 uur en van 20 uur tot 22 uur. Toch zit er ook tijdens die 'sluitingsuren' een telefonist in de centrale. Hij mag echter geen aansluiting geven: alleen voor de politie, brandweer en bepaalde gemeentediensten is deze telefonist bereik baar en beschikbaar. Waarom is dat dwaasheid? Want zo noemt de krant dat. Op zondag wordt maar zelden van de telefoon gebruik gemaakt. Het gebeurt vaak dat er maar één verbinding per half uur wordt gevraagd. Zondagsarbeid is voor telefonistes niet afmattend. Eén mens kan toch wel paraat zijn voor die 18.000 die Zutphen telt, om ingeval van ziekte of ongeval aansluiting te geven? Telefoon is ten bate van het publiek, zo stelt de krant, maar dat heeft het Rijk allang uit het oog verloren. Het enige dat als positief erkend wordt is dat het Rijk het personeel veel beter betaalt dat de Z.T.M. deed. Maar daarvoor hoeven de 650 aangeslo tenen niet de dupe te worden. In hetzelfde jaar 1920 is er ook de brand geweest van de Wijnhuistoren, waarbij wel veel schade is opgelopen aan de apparatuur, maar die schade was niet onherstelbaar. De exploitatie van de lokale telefoon blijft in het Wijnhuis tot 1923. Dan wordt de centrale overgebracht naar het telegraafkantoor aan het 's-Gravenhof, de achterkant van het postkantoor aan de Kuiperstraat. Maar dan is intussen ook de eerste draadloze telefoon in Zutphen. Met veel verve maakt de krant van 18 februari 1922 melding van het feit dan men bin nenkort een draadloze telefoonverbinding krijgt met de correspondent te Am sterdam. Dat is nog iets anders dan telegrafie, waarbij morsetekens moeten worden vertaald in woorden. bij draadlooze telefonie heeft men eenvou dig te luisteren naar de woorden, welke honderden Kilometers ver in het ver zendtoestel worden gesproken op bepaalde uren.' Uiteraard meent de krant er goed aan te doen uitvoerig toe te lichten waarop dit wonder van techniek be rust. De krant is er blij mee, en een steek onder water naar het Rijk kan niet uitblijven: binnenkort zullen zij, onafhankelijk van de intercommunale lijnen, op vaste uren de berichten kunnen ontvangen. Er is geen vrees voor vertraging, en de mededeling dat het druk is op de lijnen, is voor de krant niet meer van toepassing. En ook: 'de telefoniste kan niet meer plotseling het gesprek verbre ken wanneer de drie minuten om zijn als het héél druk is.' Draadloze telefonie: de telefoon wordt alledaags. Zutphen heeft goed op z'n tellen gepast. Collette heeft gelijk gehad: Zutphen heeft iets bijzonders, iets dat best weer eens voor het voetlicht geplaatst mocht worden. Wie tot tien kan tel len, kan heel wat over de telefoon vertellen.11 15

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphen (vanaf 1982) | 1987 | | pagina 17