boomstobben was gedicht. Zo sneed het mes aan twee kanten: boomstobben
kwijt en gracht dicht.
Op de pentekening, in het begin van de twintigste eeuw vervaardigd door
C. L. van Balen, is duidelijk te zien dat de verdiepingen boven de bel-etage toen
in gebruik waren als voorraadzolders, gezien het feit dat twee vensters dicht
gemetseld zijn en het derde door luiken afgesloten wordt. Later in deze eeuw
zijn deze vensters weer geopend en de erachter gelegen ruimtes werden tot
slaapkamers ingericht. Een restauratie naar plannen van het Architects Atelier
A. A. Kok te Amsterdam, die van april 1968 tot september 1969 duurde, gaf
het gebouw zijn oude glorie terug.
SS
jrynrw rwvnrieg
it
Het Meyerink in het begin van de twintigste eeuw naar een tekening van C. L. van Balen
De eigenaren
Het 'Register op de leenactenboeken van het kwartier van Zutphen' noemt als
eerste eigenaar van "t Goet te Meyeringh met sijnen tobehoren' in 1378 Conrad
van Leesten, gehuwd met Alijt Iseren. De naam wordt op verschillende manie
ren geschreven: Leesten, Liessen en Leysten. Conrad en Alijt worden in 1421
opgevolgd door hun dan nog minderjarige zoon Henrick, die in 1473 nog eige
naar is van dit goed, waarbij 30 molder zaailand gelegen aan de Leestermark
en 10 morgen gelegen aan de Leesterenk behoren. In datzelfde jaar blijken er,
behalve Henrick en zijn zonen Henrick en Conraet van Leesten, nog twee
belanghebbenden te zijn, namelijk Kerstken Scherpinck en diens echtgenote
76
t
