Mr. Jan Carel van der Muelen, heer van Blijenburg, 1738-1828, zie voor hem Oud-Zutphen, maart
1983, biz. 6, en maart 1984, biz. 16.
Mr. Arnold Op ten Noort, 1766-1838, zie voor hem Oud-Zutphenmaart 1984, biz. 16, en decem
ber 1984, biz. 103.
Mr. Hendrik Jan Op ten Noort, 1769-1857, zie voor hem Oud-Zutphen1984, biz. 16, en december
1984, biz. 103.
Jonkheer (1834) mr. Willem Op ten Noort, 1772-1844, student Leiden 1792, promoveert aldaar
1794, postmeester te Kampen 1792, advocaat te Arnhem 1802, municipale raad te Zutphen 1811,
directeur postkantoor te Almelo 1815, te Groningen 1820 en te Utrecht 1829. Zie J. W. Wijndelts,
Het geslacht op ten Noort, Groningen 1913, blz. 120, en Nederland's Adelsboek 1949, blz. 290.
Mr. Bernard Gutberleth Plegher, 1737-1816, zie voor hem Oud-Zutphen, december 1984, blz. 103.
Antonius Petrus Roelof(f)zen, 1777-1827, zie voor hem Oud-Zutphen, december 1984, blz. 103.
Mr. Jacob Johan Schluiter, 1766-1838, zie voor hem Oud-Zutphen, maart 1983, blz. 6, en decem
ber 1984, blz. 103.
Mr. Ambrosius Steenlack, 1777-1829 (zoon van oud-vroedschap van Rotterdam), student Leiden
1798, commissaris kleine zaken te Rotterdam 1803 en schepen aldaar 1805, vandaar overgeschre
ven van de Ned. Herv. gemeente naar de Waalse te Zutphen 1810, municipale raad 1811, maire
te Hengelo (Gld) (wonend te Zutphen), officier van justitie 1811, gemeenteraadslid 1816. Zie
Nederland's Patriciaat 1918, blz. 355.
Dr. (med.) Frederik Stork, 1778-1851 (zoon van burgemeester van Oldenzaal), student Groningen
1792, promoveert aldaar 1799, stadsdokter van Zutphen, municipale raad 1811, gemeenteraadslid
1816. Zie Nederland's Patriciaat 1919, blz. 369, sub III bis (ouders), en De Nederlandsche Leeuw
1966, kol. 445.
Mr. Hendrik Arnold Welmers, 1735-1818, zie voor hem Oud-Zutphen, december 1984, blz. 103
(voor zijn familie en hun patriottische gezindheid zie ook De Nederlandsche Leeuw 1984,
kol. 277-279).
Mr. Diederik Evert Wilbrenninck, 1775-1843, student Utrecht 1795, geërfde gerichtsman Landge
richt Veluwezoom 1803-1810, municipale raad 1811, provisor Oude en Nieuwe Gasthuis 1815,
gemeenteraadslid 1816. Zie. Nederland's Patriciaat 1951, blz. 388, en Nieuw Nederlandsch Biogra
fisch Woordenboek dl.X, blz. 1206.
Gerrit Jan Wijers, 1750-1814, zie voor hem Oud-Zutphen, maart 1983, blz. 7.
bijlage:
HET GESLACHT OP TEN NOORT
Het oude patricische geslacht Op ten Noort - waarvan leden later onder het Koninkrijk, resp. in
1834 en 1907, in de Nederlandse adel zouden worden verheven - was met name in de (Bataafs)
Franse tijd te Zutphen ruim vertegenwoordigd in het stadsbestuur, culminerend in de periode 1811
1813, toen vier naamdragers gelijktijdig zitting hadden in de Municipale Raad.
Uit nevenstaand schema blijkt de onderlinge verwantschap, alsook de familiebanden met stads
bestuurders in andere IJsselsteden onder het ancien régime.
86
