januari 1801 dienden de leden van de raad Van Lamsweerde en Evekink twee concept-instructies in voor de eerste chirurgijn en vroedmeester en voor de tweede chirurgijn. De raad gaat 'om de strijdige gevoelens daarover de conside- ratiën van de Medische en Chirurgische Faculteiten te Harderwijk verzoeken'. Het antwoord uit Harderwijk komt 11 februari binnen. De beide concepten ontbraken in het Zutphense archief, de brief uit Harderwijk was er wel. Daarin wordt het voorschrijven en toedienen van medicamenten na drukkelijk voorbehouden aan de medicinae doctor. Deze weet ook van de theo rie van de heelkunde en kan beoordelen of een heelkundige ingreep 'uit hoofde van byzondere inwendige omstandigheden nadelig zou kunnen werken'. An derzijds zijn er zuiver heelkundige gevallen 'waar een geneesheer geene kunde heeft'. Verder worden er in de brief per artikel talrijke adviezen gegeven. Clismata (lavementen) worden daarbij met even zoveel woorden aan de tweede Van Lamsweerde werpt zich op als pleitbezorger voor Klose. Drie dagen later levert hij zijn aantekeningen in, die ingevoegd worden in de notulen van de raad. Van Lamsweerde stelt dat men eerst heeft geconstateerd dat clismata niet behoorden tot de werkzaamheden van de eerste chirurgijn. Verder wilde men af van de 'onderscheidene onaangenaamheden en tracasserieën, die tussen den Stadsdoctor en eersten chirurgijn plaats hadden.' De stadsdoctor, aldus Van Lamsweerde, kan gemakkelijk, nodig of niet nodig, een lavement voorschrij ven. Bij afwezigheid van de tweede chirurgijn is de eerste chirurgijn op grond van artikel 10 verplicht dat lavement toe te dienen. Het lijkt er op 'of wij swak genoeg waren door zijdelingse mesures den eersten chirurgijn den voet te ligh ten'. 'Onzen eersten chirurgijn is ook vroedmeester en gepromoveerd doctor'. Een bekwaam medicus heeft 'zooveel point d'honneur en ambitie, dat hij zich niet mag laten gebruiken tot het lage metier als dat van clisteren'. Van Lams weerde stelt een redactie van artikel 10 voor, waarbij de eerste chirurgijn niet verplicht wordt persoonlijk voor de tweede chirurgijn waar te nemen, maar dat hoeff uit Harderwijk benoemd tot Stads tweede chirurgijn, 9 maart wordt hij beëdigd en tien dagen later worden hem nog 30, - reiskosten toegekend onder protest van Wijers. 53 r 0 chirurgijn opgedragen, De secretaris krijgt opdracht aan de hand van de opmer kingen uit Harderwijk van de twee concepten één voorstel te maken. Dit voor stel wordt op 25 februari gearresteerd. Klose krijgt een copie om 'daarop den Eed te doen'. Van Lamsweerde heeft bezwaar tegen artikel 10. Een afschrift van deze instructie was aanwezig in het archief van het Oude en Nieuwe Gast huis. Artikel 10 zegt, dat de eerste chirurgijn bij 'absentie of ziekte' van de twee de chirurgijn verplicht is in de Godshuizen de bijstand te verlenen, die anders de tweede chirurgijn voor zijn rekening neemt. hij er voor moet zorgen, dat de patiënten de nodige bijstand genieten, De benoe mingsprocedure wordt inmiddels afgewerkt. Op 4 maart 1801 wordt R.J. Ver-

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphen (vanaf 1982) | 1985 | | pagina 25