Zomer 1984 werd dwars door dit terrein door de N.J.B.G.-groep een 15 meter
lange sleuf gegraven (afb. 6), 2 meter breed en 4l/i meter diep, tussen de
stadsmuur en de straat. Hier blijkt in de vroege middeleeuwen een rivieroever te
zijn geweest, met een beschoeiing, die in de 12de(?) eeuw ca. 7 meter vanaf de
straat liep. De oever was toen nog erg steil - blijkbaar liep de rivier (Berkel?)
hier dicht langs. In de volgende fase is de oever verplaatst waarbij de oude bed
ding moet zijn dichtgeslibd en er werd 5 meter westelijker een nieuwe beschoei
ing gemaakt. Deze dateert vermoedelijk uit het tweede of derde kwart van de
13de eeuw (ca. 1260-1280?). Opvallend is, dat het loopniveau van de nieuwe
oever slechts enkele decimeters onder het maaiveld in de westelijke Bak
kerstraat moet zijn geweest (afb. 7).
Resumerend kan men stellen, dat de westzijde van Zutphen reeds bewoond was
in de karolingische tijd, waar in de 10de/12de eeuw akkers waren aangelegd en
huizen stonden, en dat rivierstijgingen in de periode 1260-1280 de mensen
noodzaakten tot massale ophoging van de lagere terreinen. Deze ophoging
werd gevolgd door de aanleg van houten bestratingen, zoals we reeds in het vo
rige artikel constateerden.
De gegevens wijzen erop, dat de westzijde van Zutphen pas in de tweede helft
van de 13de eeuw haar huidige vorm kreeg. De houten bestrating aan de zuidzij
de van de Waterstraat werd aangelegd óver een eerdere akker. Blijkbaar is de
straat hier een nieuw geplande aanleg. Vanwege de omvang van de ophogingen
heeft men waarschijnlijk ook de bestaande huizen ter plaatse moeten afbreken
en is daarna de percelering opnieuw uitgezet. Hierop wijst ook de plattegrond:
Budorf
Pingsdorl'
PufTrath
Andenne
Proto-Steerigoed
Bijna Steengoed
Steengoed
Kogelpot
Blauwgrijs
Rood
Hafner Ware
abed
uoo
u b e d
u b c d
a b c d
a b c d
abed
u b
Afb. 8 Middeleeuwse aardewerksoorten uit Zutphen en hun dateringen (kleine letters a, b~, c en d
geven een kwart eeuw weer).1
45
1000
1100
1200
1300
1500
a t> c d