Tenslotte dient te worden vermeld dat vier vroedschapsleden werden aange
wezen als plaatsvervangend wethouder: De Leeuw van Coolwijck, Van Löben
Seis, H.J. Op ten Noort en Roelofzen.
Noten
1 Wet van 13 april 1807 in Verzameling van Wetten van Z.M. den Koning van Holland. Tweede
deel.
2 Jhr.mr. A.H. Martens van Sevenhoven, Schets van de geschiedenis der burgerlijke gemeenten in
Gelderland van voor de invoering der Gemeentewet van 1851. Werken Gelre, no. 35.
3 Naar gebleken is, gold dat ook al voor de voorgaande periode 1802-1808 (van de tien ma
gistraatsleden behoorden er zeven tot de Waalse Kerk), terwijl ook in de periode 1795-1802 ver
schillende bestuurders van deze kring deel uitmaakten.
De Waalse gemeente in Zutphen - die van 1686-1821 heeft gefunctioneerd - heeft in de patriot-
tenperiode en daarna een zekere groei doorgemaakt doordat verschillende Nederlands-
hervormden zich lieten overschrijven. Een zelfde ontwikkeling werd reeds gesignaleerd door
M.C. Sigal, in zijn artikel Uit de geschiedenis der Waalsche gemeente te Arnhem, in Bijdragen en
mededelingen van Gelre1919,p.93e.v.
Aan de betekenis en de lotgevallen van de Waalse gemeente in Zutphen is tot dusverre weinig aan
dacht besteed. Op het gemeentearchief wordt slechts beschikt over een artikel van J.G. Frederiks,
L'Eglise Wallonne du Comté de Zutphen in het Bulletin de la Commission pour l'histoire des
Eglises Wallonnes, deel IV, 's-Gravenhage 1890. Hierin wordt helaas op zeer fragmentarische
wijze de geschiedenis van de Waalse gemeente in Zutphen behandeld. Daarnaast bezit het archief
wel registers met Waalse huwelijks- en doopinschrijvingen en lidmatenlijsten, die echter vele
hiaten vertonen. Deze archivalia zijn nog niet volledig op kaart gebracht of geïnterpreteerd. Wel
staat vast dat de Waalse gemeente in Zutphen van meet af aan voor haar godsdienstoefening de
beschikking kreeg over de Broederenkerk, hoewel bij bijzondere gelegenheden ook gastvrijheid
werd genoten in de godshuizen der Lutheranen en Doopsgezinden.
Biografische gegevens over de leden van het stadsbestuur van Zutphen 1808-1811
- Ludolph baron van Heeckeren, heer van de Wiersse, 1755-1841, zie voor hem Oud-Zutphen
maart 1984, p. 16.
- Mr. Johan de Bruyn, 1771-1839, zie voor hem Oud-Zutphen, maart 1984, p. 15 (hij was al in
1799, als advocaat komend uit Arnhem, lidmaat van de Waalse gemeente te Zutphen geworden).
- Theodorus Ignatius Christiaans, 1760-1810, rooms-katholiek, wethouder 1808-1810.
- Mr. Jan Carel van der Muelen, heer van Blijenburg, 1732-1826, zie voor hem Oud-Zutphen,
maart 1983, p. 6, en maart 1984, p. 16 (hij liet al in 1774 zijn zoon Louis in de Waalse Kerk te
Zutphen dopen).
- Mr. Govert Anne Verstege, 1768-1831, zie voor hem Oud-Zutphen, maart 1983, p. 7, en maart
1984, p. 16 (hij werd al in 1788 lidmaat van de Waalse gemeente te Zutphen).
- Mr. Andreas Ardesch, 1772-1837, zie voor hem Oud-Zutphen, maart 1984, p. 15 (hij was al in
1801 met zijn echtgenote lidmaat van de Waalse gemeente te Zutphen geworden).
- Frederik Christiaan Colenbrander, 1756-1836, zie voor hem Oud-Zutphen, maart 1983, p. 5 (hij
wordt in 1811 lidmaat van de Waalse gemeente te Zutphen).
- Mr. Philip Carel van Hamel, 1774-1856 (zwager van A. Ardesch en M.D. de Leeuw van Cool
wijck), iur.student Harderwijk 1791, promotie aldaar 1797, lidmaat Waalse gemeente 1804,
vroedschap 1808, ontvanger der registratie, bewaarder der hypotheken en van het kadaster, ge
meenteraadslid 1835-1851 (bouwt en bewoont huize Baank, Warnsveld). Zie Nederland's Patri
ciaat 1915, p. 138.
101
