het heen en weer getrek met de veemarkt is het niet zo verwonderlijk dat een
aantal veehandelaren zich in 1882 tot de Raad wendt met het volgende adres:
Aan de raad der Gemeente Zutphen. Geven met verschuldigde eerbied te ken
nen de ondergetekenden, allen veehandelaren of veehouders wonende in de
gemeente Zutphen en als zodanig belanghebbende bij de hier gehouden wor
dende veemarkten, dat het in het belang van de veehandel is om alle veemark
ten op dezelfde dag der week te doen houden en dat nooit meer dan ééne vee
markt in dezelfde week plaats heeft. Wijders dat het evenzo in het belang der
markt is dat daarvoor eene bepaalde plaats wordt aangewezen en niet zoals
thans verschillende plaatsen daarvoor worden bestemd.
Nemen de vrijheid aan Uwe vergadering te verzoeken dat zij zal goedvinden
te besluiten dat:
1. alle jaarmarkten worden gehouden op donderdag;
2. als plaats voor de veemarkt wordt aangewezen de Boompjeswal.
W.G. door 17 personen.
Op 4 september besluit de Raad inderdaad de Rundvee-, schapen- en var-
kensmarkt te houden op donderdag. Indien dat een christelijke feestdag is,
dan de dag erop. Vallen de markten in de week van St. Jan of St. Jacob, dan
behouden ze deze naam. In 1882 bereikt de Raad ook een verzoek van de Ka
mer van Koophandel om medewerking te verlenen om tot een grotere bloei
van de markt in levende vette varkens te komen, door deze te verplaatsen naar
het Broederenkerkplein. Daartoe wordt besloten. Aan een commissie die pre
mies wil gaan uitreiken op die markt wordt een subsidie verleend van
200, -met dien verstande dat als de kosten minder zijn dan 400, -de
subsidie zal worden ingekort tot de helft.
In de Zutphensche Courant van 13 oktober 1882 lezen we o.a. het volgende:
Tot ons genoegen kunnen wij u meedelen dat de eerste levende vette var-
kensmarkt op het Broederenkerkplein alhier met uitstekend succes is be
kroond. De aanvoer was 109 stuks waarvan er 89 verkocht werden. De prijzen
liepen van 47 tot 51 cent per kg. Het bedrag aan uitbetaalde premies was
f 180, De kwaliteit was over het algemeen uitstekend.
De beste soorten werden vlug opgeruimd. Aan de waag zijn gewogen 25 stuks
ter zwaarte van 3025 kg. De anderen zijn ongewogen verhandeld. Het meren
deel werd door kopers uit Arnhem, Calcar en Cleve Pruisen gekocht terwijl
ook plaatselijke koopers door hun inkoopen getoond hebben, dat zij de markt
willen steunen.
Deze markt lijkt dus een schot in de roos. Maar het jaarverslag van de Kamer
van Koophandel over 1882 laat toch een ander geluid horen.
Door een commissie werden in 't afgelopen jaar krachtige pogingen in het
werk gesteld om hierin werkelijkheid een markt van levend vette varkens te
vestigen. De bijdrage der ingezetenen en de subsidie der gemeente stelde de
69