HET BOLWERCK In 1937 werd het sterk vervallen Bolwerck na een inzamelingsactie van Zutphense burgers aangekocht door Het Wijnhuisfonds, dat het in 1939 en 1940 restaureerde. Bij de restauratie werden de gevels van het oudste gedeelte zoveel mogelijk teruggebracht in de oorspronkelijke staat. Tot 1982 diende Het Bolwerck als bibliotheek. In 2014 volgde nog een restauratie en werd het een kunsthuis. Het Bolwerck, een voorbeeld van oude-Gelderse bouwkunst, werd in 1549 als koopmanshuis gebouwd op de plek waar de burcht 'Dat Bolwerck' van de hertog van Gelre stond. Het pand kreeg er in de loop der eeuwen verschillende gotische en renaissance elementen bij. In de 17e eeuw volgde nog een nieuwe zijvleugel met trappenhuis. In 1725 werd het huis gemoderniseerd. De besluiten waren in eerste instantie bedoeld om de oorlogsschade te herstellen. Tegelijkertijd groeide echter het besef dat monumenten ook beter beschermd moesten worden. Het Tijdelijke Besluit tot Wederopbouw moest daarbij helpen. De maatregel bleek goed te passen in de Groot-Duitse gedachte van eerbied voor het monumentale die de bezetter uitdroeg. Zo besloot de NSB-president van de Nederlandsche Bank, Rost van Tonningen, om jaarlijks 1 miljoen gulden extra beschikbaar te stellen voor restauratie van monumenten. RESTAURATIE RENAISSANCEGEVELS In de jaren daarna probeerden de Duitsers het Tijdelijke Besluit tot Wederopbouw te vervangen door een definitieve Monumentenwet. Die kwam er niet: vanuit ambtelijke kringen was teveel weerstand tegen de Duitse voorstellen, terwijl de bezetter op zijn beurt niet akkoord ging met de ambtelijke voorstellen. Uiteindelijk werd besloten om voorlopig maar helemaal af te zien van een definitieve monumentenverordening. In de eerste jaren van de bezetting profiteerde ook het WHF van de welwillende pro-monumentenhouding van de bezetter. Weliswaar was de belangrijke restauratie van Het Bolwerck al in 1939 begonnen, maar de Duitsers legden de voltooiing ervan niets in de weg. Ook kon het fonds in de daaropvolgende bezettingsjaren beginnen met de restauratie van drie renaissancegevels aan de Groenmarkt en twee gevels aan de Sprongstraat. Het 'gewone leven' had zich na de meidagen in 1940 zo goed als mogelijk was hersteld. In 1941 schreef het Erfgoedcentrum Zutphen in zijn jaarverslag dat Het Bolwerck veel bezoekers had mogen ontvangen, hoewel in hetzelfde jaar ook werd gemeld dat de kelder was ingericht als schuilkelder voor omwonenden. Ook in de daaropvolgende oorlogsjaren bezochten veel mensen Het Bolwerck en de fraaie tuin. In 1942 werd een oproep gedaan aan nieuwe inwoners van de stad (lees: geëvacueerden uit andere oorlogsgebieden in het land) om ruimhartig te doneren voor nieuwe restauraties. BOUWSTOP Intussen werd het restauratiewerk steeds moeilijker door materiaalgebrek en een tekort aan arbeidskrachten. Steeds meer mannen werden door de bezetter te werk gesteld bij de Arbeitseinsatz. In 1942 verordonneerde Seyss- Inquart een bouwstop, hoewel voor sommige restauratiewerkzaamheden een uitzondering werd gemaakt. Daarna werden de omstandigheden waaronder de restauraties moesten worden uitgevoerd steeds moeilijker en uiteindelijk kwamen ze zo goed als helemaal stil te liggen. Het jaarverslag van het Erfgoedcentrum Zutphen over 1943 meldt bovendien dat er oorlogsschade is aan het dak en Rechtsboven: Tijdens de oorlog werden de gevels van Groenmarkt 5, 7 en 9 gerestaureerd. Rechts: Het internationale kenteken voor een monument op het Oude Stadhuis.

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphense Pracht (vanaf 2012) | 2020 | | pagina 34