zo naar de Berkel kon kijken.' Hoewel
de Berkel nu niet meer te zien is, is
Jolande dik tevreden met de blik
op de achtertuinen van de huizen
aan de Boompjeswal. Graag leidt
ze rond naar de bovenverdiepingen.
Er is een tussenverdieping met een
laag plafond waarin het heerlijk
toeven is met een bankje en de tv.
De eerste verdieping bevat een ruime
slaapkamer en een spreekkamer,
waar ze als psychotherapeute
cliënten ontvangt. Daarboven is nog
een zolderverdieping, die een vaste
trap heeft gekregen. Hierboven vind
je een logeerkamer voor haar drie
volwassen kinderen. Liefdevol strijkt
ze met haar hand over de donkere
oude balken. 'Kijk eens hoe schuin
de vorm is van de balken.' Misschien
is van deze balken nog af te leiden
hoe oud het huis is. Eigenaar het
Wijnhuisfonds spreekt van ca 1800,
maar zeker is wel dat de kelder onder
het huis van veel vroeger datum
is.
de bijbehorende schuur achter de
panden vormen een belemmering. Er
komt een oplossing en de restauratie
vindt plaats. Op 9 februari 1966
krijgt het huis van het Ministerie van
cultuur, recreatie en maatschappelijk
werk de monumentenstatus.
UITZICHT OP DE BERKEL
Jolande is nog niet klaar met de
inrichting van huis en tuin. Ze heeft
een zoon en dochter met groene
vingers, die al een plan hebben
gemaakt voor het kleine tuintje. 'Stel
je voor dat je vroeger achter dit huis
Linksboven: 'Ik werd verliefd op de kleur en de vorm, maar ook op de stadsmuur
die dwars door de kamer loopt'
65