JAARVERSLAG ARCHEOLOGISCH ONDERZOEK
ARCHEOLOGIE
Het jaar 2018 was weer een druk en veelzijdig jaar. Naast de opgravingen, waarvan hieronder
verslag gedaan wordt, lanceerden we het erfgoedportaal www.erfgoedcentrumzutphen.nl. De
komende tijd zal steeds meer archeologisch erfgoed uit Zutphen online beschikbaar komen,
waaronder al onze publicaties. Ook werd door diverse studenten oud onderzoek uitgewerkt
in de vorm van scripties. Er zijn diverse publieksactiviteiten ontwikkeld en bijdragen
geleverd aan exposities. We kregen nieuwe collegae in de personen van Renske den Boer en
Ilse Geerligs. Vrijwilligers, onder wie diverse leden van de AWN, speelden een dankbare en
onmisbare rol in de uitvoering van de vele activiteiten.
Niet alle projecten zijn hier beschreven (Almenseweg 2, Rosmolensteeg, Hoveniersweg 10,
Vitensterrein). De rapporten van deze projecten zijn terug te vinden op de erfgoedwebsite.
TEKST JOS VAN DALFSEN, BERT FERMIN EN MICHEL GROOTHEDDE
FOTOGRAFIE ERFGOEDCENTRUM ZUTPHEN
NOORDERHAVEN-LIJMERIJ
In 2018 werd het laatste stukje van de 18e-eeuwse
lijmziederij op industrieterrein de Mars onderzocht. Het
uitgevoerde onderzoek was een vervolg op eerdere
opgravingen. De Lijmerij werd in de jaren dertig van de 18e
eeuw binnen de wallen van een van de lunetten van de
linie van Van Coehoorn gevestigd en werd aan de zuidzijde
begrensd door de contrescarpgracht. De ligging aan het
water was belangrijk in het productieproces van de lijm. De
archeologische vindplaats wordt verder begrensd door de
gracht van de 19e-eeuwse vestingfase. In 1863 werd de
vestinglinie langs de Mars voor de tweede maal gewijzigd,
ditmaal om er voor te zorgen dat de nieuwe spoorlijn en
het bijbehorende station binnen de vestingwallen kwamen
te liggen. Bij de aanleg van de nieuwe vestinggracht werd
het hoofdgebouw van de Lijmerij afgebroken en vergraven.
Bij het archeologische onderzoek werd op grote diepte ten
opzichte van het huidige maaiveld een dikke vondstlaag
aangetroffen met daarin materiaal uit de gebruiksfase van
de Lijmerij. Het vondstmateriaal valt grofweg in twee delen
uiteen: botmateriaal dat als basis diende voor de productie
van lijm, en gebruiksafval van de familie De Haas die er
woonde en werkte.
Het overgrote deel van het botmateriaal bestaat uit
onderpoten van schapen en runderen, en dan met name
de metapodia. Daarbij is het opvallend dat bij de schapen
vrijwel alleen botten van oude dieren zijn gebruikt en bij de
runderen uitsluitend poten van kalveren. Dit beeld strookt
volkomen met de beschrijvingen van lijmproductie die in
de 18e en 19e eeuw in gebruik waren.