OORKONDE UIT 1346
THEMAJAAR HANZE
Al in de veertiende eeuw garandeerde de Deense
koning de rechten van Zutphen op de jaarmarkt
van Skanör. Daar hadden zij hun eigen vitte (een
handelsfactorij die beschermd is door de Deense
Koning) in de buurt van Kampen. Later kregen zij deze
rechten ook op het eiland Amagar en in Dragor. Vooral
die laatste stad was van groot belang, aangezien
Dragor een aanlegplaats voor de handel was en
beschikte over verschillende handelsprivileges. De
stad ontwikkelde zich tot een drukke ontmoetingsplek
voor Hanzekooplieden. Op de foto de oorkonde van
Koning Waldemar van Denemarken, gedateerd op 10
oktober 1346, waarmee hij officieel de vitte bij Dragor
aan de burgers van Zutphen geeft.
DEVENTER VERSUS ZUTPHEN
i"T, "m t"-•
ifea—aa—
B&p
Tv OP ^f-1
3T--*8>
Zutphen was, samen met Deventer, Zwolle, Kampen
en Doesburg, een zogenaamde principaalstad aan
de IJssel. Dat houdt in dat Zutphen andere steden
vertegenwoordigde op de jaarlijkse Hanzedag.
Doetinchem, Groenlo, Lochem en Emmerik waren als
'dochtersteden' afhankelijk van Zutphen. De plaats die een
principaalstad innam in de Hanze, blijkt onder andere uit
de zetel die de stad had tijdens de Hanzedag. Deventer
bijvoorbeeld zat op de negende plek van Lübeck, voor
Zutphen.
Zutphen bleef de Hanze lang trouw, langer dan andere
steden zoals Kampen, Nijmegen en Arnhem. Dit was
noodgedwongen. Deventer bleef immers ook lang bij
de Hanze en deze steden konden wederzijds het risico
niet lopen dat één van beide steden de privileges van de
Hanze genoot en de andere stad niet. Daarvoor leken
de steden te veel op elkaar en waren zij te veel van
elkaar afhankelijk. Ondanks die afhankelijkheid maakten
Deventer en Zutphen het elkaar erg moeilijk. Zo staken
ze elkaars bruggen in brand, blokkeerden voor elkaar het
transport en gijzelden burgers uit de andere stad.
De Hanze bracht aangesloten steden een ongekende
rijkdom. Het zorgde voor een 'gouden eeuw' voor het
oosten van de Lage Landen. Vandaag de dag zie je
nog de welvaart terug die de Hanze bracht in Zutphen,
voornamelijk in de indrukwekkende gebouwen,
pakhuizen, koopmanshuizen en kerken in de binnenstad.
Ook de houthaven, de Berkelkade en andere havens
laten zien dat het bedrijvig geweest moet zijn in Zutphen.
Zutphen groeide dankzij de Hanze uit van een kleine,
agrarische gemeenschap tot een machtige stad met
stadsmuur en stadspoorten.
2019 THEMAJAAR HANZE
De Hanzetijd spreekt anno 2019 nog steeds enorm
tot de verbeelding. Vergelijkingen met moderne
samenwerkingsverbanden als de EU komen veelal
aan de orde. De Hanzesteden aan de IJssel verkopen
zichzelf tegenwoordig nog steeds graag als 'Hanzestad',
immers herinnert de Hanze aan welvaart, avontuur en
samenwerking. Zutphen is hierop geen uitzondering.
Zutphen zou geen 'torenstad' zijn zonder de welvaart die
de Hanze bracht.
Daarom is het in 2019 tijd om de beleving van de
Hanze onder inwoners en toeristen te versterken. Het
Erfgoedcentrum Zutphen (de archeologische dienst,
monumentenzorg, musea Zutphen en Regionaal
Archief Zutphen) werkt met themajaren en heeft 2019
uitgeroepen tot Hanzejaar. Centraal staat de bouw van
de maquette van Zutphen in 1485 door bouwkundige
Constant Willems. Het project neemt drie jaar in beslag,
maar op www.zutphen1485.nl zijn de delen die af zijn nu
al te zien.
Daarnaast is 2019 het jaar waarin een duurzame
expositie over de Hanze en de bloei van Zutphen van
de twaalfde tot de zestiende eeuw in de Bourgonjetoren
wordt ontwikkeld. En, de toren wordt gerestaureerd. In
de zomerperiode wordt in de Burgerzaal een tijdelijke
expositie ingericht. Ontmoet Albert op de Korenmarkt,
een Hanzekoopman die meer zal vertellen over de Hanze.
Meer info: www.erfgoedcentrumzutphen.nl/ontdekken
23