Schepen van Zutphen
Schuilen
Freule Judith
Huidige bewoners
natuurgebied is, heeft ook te maken
met de harmonieuze overgang van het
landgoed in het aangrenzende landgoed
van Huis De Voorst in Eefde. De
samenhang tussen beide landgoederen
was een idee van Arnold Joost van
Keppel tot Voorst, graaf van Albermarle.
De graaf kocht Huis 't Velde in 1691 en
besloot vrijwel meteen om op landgoed
De Voorst, dat in bezit was van zijn
ouders, een nieuw landhuis te laten
bouwen. Met behulp van onder meer
architect Daniël Marot verrees daar
het magnifieke Huis de Voorst. Marot
was een soort hofarchitect van koning
stadhouder Willem III, terwijl graaf
Arnold op zijn beurt weer bevriend was
met de koning. Het ligt voor de hand dat
de twee heren van stand de keuze van
een goede architect met elkaar hebben
besproken. Om de door hem gewenste
samenhang tussen de landgoederen te
versterken, besloot graaf Arnold enkele
jaren later om beide landgoederen,
die slechts gescheiden werden door de
Berkel, volgens een gemeenschappelijk
parkontwerp te laten aanleggen.
De laatste particuliere bewoners/
eigenaren verlieten Huis 't Velde
halverwege de vorige eeuw, waarna
het landgoed in 1959 in bezit kwam
van de Stichting Geldersch Landgoed
die het beheer van het landhuis
overdroeg aan de Stichting Geldersche
Kasteelen (tegenwoordig de Stichting
Geldersch Landgoed Kasteelen).
Maar het zou wat saai zijn om de
bewonersgeschiedenis daarmee af te
doen. Want Huis 't Velde kende in de
loop der eeuwen een aantal kleurrijke
(en soms zelfs omstreden) bewoners.
Neem bijvoorbeeld Willem Lerinck;
misschien niet zo'n bijzondere bewoner,
al was hij wel een prominent lid was van
het Zutphense patriarchaat. Bijzonder
is echter dat Willem het nooit meer
geëvenaarde record vestigde door tot
zijn dood in 1516 ruim een halve eeuw
(52 jaar) schepen en raad van Zutphen
te blijven. Hij was een verre nazaat van
Jacob Lerinck en zijn vrouw Lutgert
Kreynck, die in 1378 eigenaar werden
van "tgoet ten Velde, gelegen in den
kerspel tot Warnsvelde". De eerste
bekende bezitter van het huis was
overigens ene Hendrik van Suderas,
die in het begin van de veertiende
eeuw in de oudst bekende documenten
als eigenaar van de havezate wordt
genoemd.
Halverwege de achttiende eeuw was
Jan Adolf Hendrik Sigismund baron
van Dorth eigenaar van het landgoed in
Warnsveld. In 1748 kreeg hij tamelijk
onverwacht een ver familielid als logee.
Deze uit Duitsland a&omstige Theodor
baron van Neuhoff bleek op de vlucht
voor een aantal Europese machthebbers.
Baron van Neuhoff had het namelijk
in zijn hoofd gehaald om het eiland
Corsica te helpen in zijn strijd voor
onafaankelijkheid. Hoewel de strijd
hem zelfs de koningskroon opleverde,
was zijn heerschappij van korte duur:
de Italianen joegen koning Theodor I na
enkele maanden het eiland af. Daarna
beproefde hij zijn geluk in Engeland,
maar ook daar liep het kennelijk mis,
want hij moest al snel de kuierlatten
nemen om zich in veiligheid te stellen.
Hij besloot in Warnsveld bij baron Van
Dorth aan te bellen om zich daar te
verbergen voor zijn belagers.
Toen aan het eind van de achttiende
eeuw in Frankrijk de revolutie losbarstte,
sidderde Europa op zijn grondvesten.
Overal vreesden de gevestigde machten
en dus ook de bezittende klasse voor
een vergelijkbare opstand. Pas met de
machtsovername door Napoleon kwam
er een beetje rust, hoewel dat er wel
toe leidde dat ook de Republiek onder
Franse heerschappij kwam. Na verloop
van tijd ontstond steeds meer verzet
tegen het regime van de zelffenoemde
keizer. In Nederland (toen nog de
Bataafse republiek) waren het vooral
de koningsgezinde Orangisten die
zich tegen de Franse overheersing
keerden. Dit lesje geschiedenis moet
even verteld worden om een andere
bijzondere bewoner van Huis 't Velde
te introduceren: freule Judith, de
ongetrouwde dochter van baron Van
Dorth. De freule speelde als Orangist
een vooraanstaande en dus gevaarlijke
rol in het verzet tegen Napoleon. Haar
politieke activiteiten kwamen Judith in
1799 dan ook duur te staan, toen ze in
de strijd tussen de koningsgezinden en
de Frans georiënteerde republikeinen
gevangen werd genomen. Niet veel later
werd ze geëxecuteerd.
Van het rood en witte ankerkruis in
het stadswapen van schepen Lerinck
naar het Moorse Corsica-zwart van
koning Theodor en via het oranje
van freule Judith naar het blauw
van de pet die ons allemaal past.
Uiteindelijk heeft de geschiedenis
van Huis 't Velde ons gebracht bij de
huidige bewoners. Sinds 1976 zijn het
landhuis en de bijbehorende gebouwen,
zoals het koetshuis (tegenwoordig
hotelaccommodatie), in gebruik als
conferentie- en studiecentrum van de
Politieacademie. Daarmee lijkt de cirkel
een beetje rond: van de wetshandhaver
Willem Lerinck in de middeleeuwen
naar de wetshandhavers anno nu, de
Nationale Politie.
Door: Johan Bosveld
Zutphensepracht.nl 53