DE SCHELPENKOEPEL
Verschillende plafonds
Verborgen geheimen
Het was in 1697 dat baron van Walraven van Heeckeren
zijn tuin wilde moderniseren volgens de laatste modetrend.
Vermoedelijk kwam hij vanwege een voorgenomen huwelijk
met een Zweedse gravin en banden met de koning van
Zweden, Karel XI, in aanraking met de beroemde Zweedse
architect Horleman. Deze maakte het ontwerp voor de
tuinkoepel en de tuin. Zo kwam het dat de tuin werd versierd
met water- en rotspartijen. Ook werd de schelpenkoepel
gebouwd en ingelegd met schelpen, koralen, mineralen en
gesteente. Destijds een teken van rijkdom. De Hollandse
zeevaarders namen tijdens hun reizen veel kleurige, tropische
schelpen en slakkenhuizen mee naar huis. Vanwege hun
zeldzaamheid waren die schelpen alleen weggelegd voor rijke
adel en gegoede burgers. In Nederland kennen we slechts
drie schelpengrotten: in Zutphen, bij kasteel Rosendael in
Rozendaal en één bij paleis het Loo in Apeldoorn.
zijn het oudst en de kelder is later uitgebreid met het
middenstuk.' Omdat de kelder niet te klimatiseren is, is ervoor
gekozen alle museumstukken in klimaatvitrines te leggen.
'De kelder is behoorlijk laag. We hebben overwogen deze uit te
diepen, maar onder meer vanwege de kosten en de problemen
waar we dan op zouden stuitten, is besloten de hoogte te nemen
voor wat het is. In dit geval pakt het heel goed uit en versterken
de ruimte en de tentoonstelling elkaar zelfs.'
Aangekomen op de begane grond roepen de zalen beelden op uit
vervlogen tijden. Toch is over het interieur en het gebruik van
de kamers in de 17e eeuw weinig tot niets bekend. 'Schouwen en
dergelijke zijn er destijds allemaal uitgehaald. Daar hebben we
niks van teruggevonden. Op oude tekeningen hebben we wel een
doorkijkje gezien. Dat zijn de togen in het deel van het Stedelijk
Museum Zutphen waar je nu achter glas de archeologische dienst
aan het werk ziet. Deze togen zijn ouder dan de 17e eeuwse
gevel uit de tijd van de familie Van Heeckeren, maar hoe oud
ze precies zijn is onbekend. Het was een wens van archeologie
om een inkijkje naar het archeologisch werk te geven. Daarvoor
leenden deze togen zich uitstekend.' Steins wijst op een vreemde
hoekaansluiting bij het grote raam richting archeologie. 'De hoek
maakt hier als het ware een sprong, waardoor je precies ziet waar
de vernieuwde gevel in de 17e eeuw is geplaatst.'
Het prachtige balkenplafond in de kamers beneden kwam bij
de renovatie weer tevoorschijn. 'Toen we hier startten in 2015
was dit opgedeeld in verschillende kleine ruimtes. Aan de
moerbalken zagen we echter dat dit oorspronkelijk twee kamers
waren', aldus Steins. 'Daarom hebben we de muur teruggeplaatst
op zijn oorspronkelijke plek. In die muur is de klimaattechniek
geïntegreerd, zodat we dit zoveel mogelijk uit het zicht van de
bezoeker kunnen houden. Én het leverde extra expositieruimte op.'
Overal in het stadspaleis zitten al dan niet subtiele verwijzingen
naar de historie van de panden. Zo bestonden de ruimtes van