Ijskristal van Martinet
Het oude hart
dienst moest een eigen plekje krijgen in het nieuwe pand.
'Belangrijk was dat alle delen ook afzonderlijk van elkaar te
bezoeken moesten zijn', aldus Steins. 'Dat is gelukt in het huidige
ontwerp. Het Stedelijk Museum zit in de kelder en op de begane
grond, het Henriëtte Polak zit op de eerste verdieping, de
wisseltentoonstelling in de rechtervleugel op de begane grond
en de eerste verdieping en de dienst archeologie zit verspreid in
het pand en heeft bovendien de gewenste eigen ingang aan de
Kuiperstraat.'
In het oorspronkelijke stadspaleis zat de hoofdingang aan de
kant van de Kuiperstraat. Hier is onder meer nog een, inmiddels
vervangen, staldeur te herkennen. Het schelpenkoepeltje was
destijds de achteringang. Mirjam Steins: 'We hebben die entree
volledig omgedraaid. Ook omdat het nieuwe Cultuurcluster
zo meer wordt verbonden met de stad, het 's Gravenhof en de
Walburgiskerk.'
Het schelpenpoortje is daardoor voor het eerst sinds jaren weer
toegankelijk voor het grote publiek. Hetzelfde geldt voor de
museumtuin die is aangelegd door LoLa Landscape Architects.
Steins: 'Die hebben we hiermee eigenlijk weer teruggegeven
aan de inwoners van Zutphen. Pas als je via het nieuwe
multifunctionele paviljoen het museum binnen wilt, betaal je
entree. De ruimtes daarvoor zijn allemaal vrij toegankelijk.' In
het museum komt geen eigen horeca. 'Daarvoor was simpelweg
geen ruimte. Daarom is samenwerking gezocht met Hampshire
hotel 's Gravenhof. Hun ontbijtruimte wordt na 11.00 uur
museumcafé. Bezoekers kunnen via de tuin naar het museumcafé
en bij mooi weer wordt een terras opgesteld.' Bovendien is het
mogelijk om in de tuin films af te spelen op een van de witte
muren. Ook krijgt de fontein die voormalig burgemeester
Arnold Gerritsen bij zijn afscheid aan de stad heeft geschonken,
een plekje in de tuin. Zowel in de tuin als in de vloer van het
nieuwe paviljoen is de driehoek terug te vinden. 'Hiervoor
heeft landschapsarchitect Peter Veenstra uit Rotterdam zich
laten inspireren door de afteeldingen van ijskristallen van
de wereldberoemde natuurgeleerde Jan Floris Martinet uit
Zutphen', laat Steins weten. Martinet schreef het Katechismus
der Natuur, dat vele malen vertaald werd en tot in de twintigste
eeuw op scholen werd gebruikt.
De middenvleugel van De Hof van Heeckeren is het oudste
deel van het pand en dateert uit omstreeks 1300. Eigenlijk is
dit deel alleen nog terug te zien in een van de kelders waar een
educatieruimte voor het museum is ingericht. 'We hebben de
gewelven en wanden hier bewust vrij rauw gelaten, omdat deze
ruimte verder niet zoveel nodig heeft.' De kapconstructie van
deze middenvleugel dateert uit de zestiende eeuw. Wanneer je
doorloopt naar de expositieruimte in de kelder, waar onder meer
de oudste menselijke kies in Nederland ligt en het enige bewijs
van de Vikingaanvallen in de negende eeuw, zie je verschillende
gewelven. Steins: 'De kelder uit de achttiende eeuw lag onder de
tuin. De twee zijbeuken aan weerszijden van de expositieruimte
-OPAVENHOF
HOTEL-
