J
au
kapconstructie zoals beschreven bij het Hof van Flodorf: 'gestapelde
jukken van eikenhout en sporengespannen die deels van eiken
deels van grenen zijn'. In het archief wordt Halterstraat 16-18 pas
genoemd in 1691 onder de naam Het Dordtse of Hooge Huis en
eigenaresse Gravin van Flodorff. Dat is ook de naam waaronder het
Hof van Flodorf bekend staat. In 1630 kochten de zeer rijke Adriaan
Balthasar van Flodorf en zijn echtgenote Isabella van Dorth het pand
op nummer 20 van Maurits Ripperda. Later kochten ze de nummers
12 t/m 20 erbij.
Bewoners
Naast de schouw in de voorkamer pronkt de foto behorend bij de
memoires van Just Havelaar. De schouw is nog goed herkenbaar en
de sfeer van weleer, zoals Just Havelaar die beschreef, is nog steeds
voelbaar. Boven waren de slaapkamers, eindeloos vele, groote holle.
Daarboven interesseerde me alleen het rek met al die oude geweeren
en sabels. Ook een prachtige degen met graveerwerk op de kling. En
een grote leeren weitasch die vreemd en heerlijk rook.'
Niet alleen burgemeester Swaving en zijn zoon Willem Justus
lieten sporen na in huis. Begin twintigste eeuw zat er in het pand
een bierbrouwersmaatschappij, Hagendoorn genaamd. In de oude
kelder met kruisgewelf is nog te zien hoe vaten bier naar buiten
gesleept werden. Ook een van de drie broers Krukziener van de
pettenfabriek, Meijer Mozes, heeft het huis bewoond. Zo liep hij
gemakkelijk door de tuin naar zijn fabriek, tot de oorlog zijn leven
wreed verstoorde. Na de oorlog ging het bergafwaarts met de
productie van petten en in 1970 sloot de fabriek. De panden aan de
Halterstraat werden verhuurd aan een reeks huurders, tot de familie
De Wilde in 1986 het pand kocht van de weduwe Krukziener en er
zelf ging wonen.
t
Tekst: Agnes van Brussel
V: V