Het CLOCKHUYS ZET WIJNHUISCARILLON IN SPOTLIGHT
Wijnhuistoren, Groenmarkt 40
De nieuwe Musea Zutphen in de Hof van Heeckeren zal weinigen zijn ontgaan. Maar sinds februari is Zutphen
nóg een museum rijker: het Clockhuys. Deze in de Wijnhuistoren gevestigde permanente tentoonstelling stelt
de geschiedenis van de Wijnhuistoren, het carillon en het vak van beiaardier centraal.
Klokkengeschiedenis
Het idee voor het Clockhuys kwam van de
inmiddels gestopte initiatiefgroep Torens
in Beweging, stichting 'Vrienden van
het Wijnhuiscarillon' en de werkgroep
Erfgoed van de gemeente Zutphen. 'Het
bekender en toegankelijker maken van ons
zo kenmerkende carillon is een belangrijke
stap in het erfgoedbeleid van de gemeente
Zutphen,' aldus Wethouder René Sueters
tijdens de opening.
In het bescheiden museum staat
onder meer een 'oefenklavier', dat is
geschonken door Ben Veltkamp, en
de Van der Elst klok. Deze klok is in
(permanente) bruikleen geschonken door
de Nederlandse Klokkenspelvereniging
(NKV) en is vernoemd naar de NKV-
voorzitter die van 1949 tot 1955 de hamer
hanteerde. Voorzitter Hendrikje van
Waterschoot van de stichting 'Vrienden
van het Wijnhuiscarillon': 'We wilden een
zo interactief mogelijk museum'.
Zutphen heeft een rijke geschiedenis als
het gaat om het carillon. De gebroeders
Francois en Pierre Hemony waren de
belangrijkste klokkengieters in de 17e
eeuw in de Nederlanden en woonden
lange tijd in Zutphen. De broers
kwamen hier toen ze de opdracht kregen
een klokkenspel te maken voor de
Wijnhuistoren. In 1644 goot Francois
Hemony het eerste carillon voor de in
1625 gebouwde toren. Dit carillon wordt
algemeen beschouwd als het eerste zuiver
gestemde klokkenspel.
Na een brand in 1920 en de
klokkenvordering in 1943 door de
Duitse bezetter, is er nog één originele
Hemonyklok in de Wijnhuistoren. Het is
de grootste klok van het carillon en laat elk
uur als uurslag van zich horen.