De SCHAT VAN BAKKERIJ KELDERMAN
Turfstraat 4
Verbouwing in de kelder
16e eeuws of nog vroeger?
Van 2002 tot en met 2007 woonde ik in het pand aan de
Turfstraat 4, boven Bakkerij Leo Ebbers. Als bewoner
van het pand mocht ik begin 2005 meewerken aan 'De
Zoektocht', een nieuw programma van de AVRO, waarin de
presentator zelfstandig tijdens de opname achter de historie
van een bepaald pand moet komen. Roeland Kooijmans
was de presentator van het programma en hij zocht steun
bij de Zutphense stadsarcheoloog Michel Groothedde en
de werkgroep Bouwhistorie Zutphen. Roeland woonde zelf
in Zwolle en vertelde me later dat hij door deze uitzending
met zijn gezin verhuisd is naar Zutphen. Zo gecharmeerd
raakte hij van de stad. Dankzij dit programma kon ik het
complete onderzoek naar de historie van de Turfstraat 4 van
heel dichtbij volgen. Ik was verbaasd dat een pand zo'n rijke
geschiedenis kan hebben.
Uit archiefonderzoek bleek dat er in februari 1932 sloop- en
graafwerkzaamheden werden uitgevoerd door een lokaal
aannemersbedrijf in de kelder aan de Turfstraat 4. In het
pand zat toen de bakkerij van Jan Kelderman. Jan was vrij
lang, te lang voor de gewelvenkelder uit de16e eeuw. Hij wilde
de kelder graag gebruiken bij de bakkerij, maar niet steeds
hoeven bukken. Dus besloot hij de gewelven in de kelder
weg te breken. Hij wilde ook de verouderde bakkersoven
vervangen voor een modernere oven. De bakkerij liep goed.
Hij kon het zich permitteren. De gewelven en de oude
bakkersoven werden gesloopt. De resten van de fundering
werden verder uitgegraven. Eén van de gravers stuitte daarbij
op een lap stof. Toen hij het eruit wilde trekken bleek het
een flink gewicht te hebben. Wie schetst zijn verbazing toen
het een pakket met munten bleek te zijn. Er kwam een flinke
hoeveelheid zilveren munten tevoorschijn. Later bleek bij
onderzoek dat het om Leeuwendaalders en Philipsdaalders
ging uit de jaren 60 en 70 van de 16e eeuw. Zilveren munten
die dus a&omstig waren uit de Spaanse tijd. De vinders en
aannemer kregen elk één munt en de overige munten, circa 25
stuks, kwam in het bezit van de eigenaar van het pand. Deze
munten zijn destijds verdeeld onder de erfgenamen van Jan
Kelderman. Maar wie had de schat ooit begraven?
Wanneer je goed naar het pand kijkt, zie je op het eerste
gezicht niet meer dan een klassiek woonhuis uit de 16e eeuw.
Het geheel bestaat uit een kelder, een hoge begane grond met
insteek (entresol), een verdieping, een tweede verdieping en
een zolder onder een steile kap. Het pand is slechts zeven
meter diep en heeft geen achterplaats. Op de voorgevel,
tussen de begane grond en eerste etage, is aan de linkerzijde
het jaartal 1579 aangegeven. Toch blijkt het pand nog een
veel langere historie te hebben. Op de zolderverdieping geeft