r
Moeilijke jaren
want hij reisde de wereld over. Vanuit Rusland nam hij
zelfs medicijnen mee voor zijn latere echtgenote, die leed
aan een bloederziekte. Gerrit 'de reiziger', zoals we hem
maar even zullen noemen, was een zeer levenslustige, in
techniek geïnteresseerde man. Erica Kersten: "Hij had het
liefst ingenieur willen worden, maar dat kon niet, want later
zou hij de winkel van zijn vader moeten overnemen. Maar
hij had wel voor zijn eigen plezier een stoommachine en een
soort lego voor grote mensen, waarmee je op schaal allerlei
dingen kon bouwen. Nadat hij in 1900 was getrouwd nam hij
de zaak van zijn vader over. Als winkelier werd hij heel actief
in de Zutphense middenstand. Je ziet hem vaak op foto's bij
activiteiten die werden georganiseerd."
tin 1902 werd het enige kind van het kruideniersechtpaar
Starink geboren, een meisje. "Mijn oma", legt Kersten
uit. Hoewel haar oma in redelijke welstand opgroeide,
kreeg het gezin wel de nodige klappen te verduren. "Mijn
overgrootvader had na zijn Ruslandreizen veel vertrouwen
in het immense land. Hij had, zoals veel vermogende
Europeanen, aandelen gekocht in de Russische spoorwegen.
Maar na de revolutie in 1917 was hij in één klap dat vermogen
kwijt. Niet veel later stierf zijn echtgenote." Dat moeten
moeilijke jaren geweest zijn voor de oma van Erica Kersten.
De kruidenierswinkel werd voortgezet door vader en dochter.
In 1928 trouwde oma met een overbuurman, Hein Heyhoff,
die op Laarstraat 7 een pettenzaak had en ging daar uiteraard
ook wonen. Niet lang daarna werd de kruidenierswinkel van
haar vader in franchise gegeven aan een Duitse familie. In
1934 overleed voormalig kruidenier Gerrit Starink en werd
oma Heyhoff de nieuwe eigenaar. De Duitse franchisenemers
werden na de oorlog min of meer gedwongen te verhuizen.
Een tijd stond de winkel leeg, totdat het pand werd verhuurd
aan een cafetaria. Kersten: "Wat betreft constructie en allerlei
details bleef het pand echter authentiek. De serredeuren
en een fraaie glazen wand zaten er nog altijd in. In 1972
overleed mijn oma en toen is het pand verkocht aan het
Wijnhuisfonds. Pas toen het een café werd, is er helaas veel
oorspronkelijks verdwenen."
Johan Bosveld