i 'Het oude stadje Zutphen is er een beetje beduusd van: Henriette Polak Schwarz, legendarische beschermvrouwe van musici, filosofen en talloze culturele verenigingen, heeft midden in het centrum aan de stijlvolle statige Zaadmarkt een compleet museum vol twintigste-eeuwse kunst neergezet.' Verhuizen 'j 669. Zaadmarkt 88 De gevel van De Wildeman toen en nu. Hier is o.a. te zien dat de ingang is verplaatst naar het midden. voor kunst en cultuur. Zo richtte zij niet alleen De Stichting Henriette Antoinette op, ook was zij een van de grondleggers van het Humanistische Verbond, van het A.H. Gerhard Huis, een bejaardenhuis op humanistische grondslag, de Leo Polakstichting ten behoeve van studenten en promovendi wijsbegeerte en psychologie, het Rosa Spier Huis in Laren (NH) ten behoeve van bejaarde kunstenaars en intellectuelen en het Leo Polakhuis ten behoeve van bejaarden en chronisch zieken. Binnenkomend in het museum sta je direct oog in oog met Henriette Polak. Het is geschilderd in opdracht van het A.H.Gerhardhuis, door Joop Sjollema. Lian schetst een mooi beeld van de poseersessies waarbij de schilder Henriette leerde kennen. "Sjollema was een echte gentleman- kunstenaar en intellectueel," vertelt ze. Algemeen Dagblad juni 1975 "Tijdens het poseren hadden ze diepgaande gesprekken over kunst. Onderwerp was vaak de vermeende controverse tussen kunstenaars, die abstract en experimenteel werk maakten en kunstenaars zoals Sjollema en zijn vrienden, die na de oorlog bleven werken in de modern klassieke traditie. In die tijd was er binnen de gevestigde kunstwereld veel meer aandacht voor de avant- gardekunst en veel minder voor kunstenaars die werkten vanuit de klassieke kunsttraditie. Joop Sjollema was net als Henriette een groot muziekliefaebber en na hun kennismaking kwam hij regelmatig naar huisconcerten en nam bevriende kunstenaars mee. Daardoor ontstond bij Henriette het plan om een stichting op te richten om daarmee een kunstcollectie van de enigszins verguisde figuratieve kunst op te bouwen." Bij het portretteren van Henriette Polak werd dus de kiem gelegd voor het Zutphense museum en het portret staat daarmee symbool voor het ontstaan van de hele collectie. Met het stempel 'figuratieve kunst' moet je overigens voorzichtig zijn, vindt Lian Jeurissen. "De kunstenaars zelf hadden helemaal geen boodschap aan de tegenstelling figuratieve en abstracte kunst. Dat toont hun werk in het museum duidelijk aan." Desondanks is het goed om te weten dat de collectie ontstond uit de behoefte om schilders en beeldhouwers die werkten vanuit de klassieke traditie meer aandacht te geven. Voor de bezoeker is het museum aan de Zaadmarkt een bijzonder charmant museum, maar voor het museumteam is het niet altijd eenvoudig om hier tentoonstellingen te organiseren en de collectie goed te beheren en te behouden. Musea in nieuwbouw hebben het een stuk gemakkelijker, omdat van het begin af aan rekening kan worden gehouden met klimaateisen en toegankelijkheid. Lian Jeurissen kwam in 1987 werken als conservator in het museum. Op dat moment woonde er nog een echtpaar op de bovenverdieping en tot 1977 zat er ook nog een balletschool in. Langzaam maar zeker veroverde de collectie het gehele pand. De charme van het pand maakt veel ongemak voor de conservator goed. "Maar het wordt wel steeds lastiger om aan de hoge klimaateisen voor musea te voldoen," vertelt Lian. "Wil je voor exposities kunnen lenen van de grote musea, dan moet je kunnen aantonen dat je daaraan voldoet. Dat kunnen we hier in dit pand nauwelijks volhouden. Om een voorbeeld te noemen: voor een expositie van de kunstenaar Johan Buning, een echte 'Polak-kunstenaar', leenden wij het werk 'Vrouw in kimono' van het Stedelijk Museum Amsterdam, als aanvulling op eigen werken van Buning. Het hangt nu in de Matisse tentoonstelling in het Stedelijk op dit moment. We zien er nu erg naar uit om te verhuizen naar het Hof van Heekeren aan het 's Gravenhof. Hopelijk verloopt de verbouwing volgens plan."

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphense Pracht (vanaf 2012) | 2015 | | pagina 17