in 1356 werd opgericht, komen we het woord in deze specifieke context voor het eerst in een tekst uit 1267 tegen, en daaruit blijkt niet dat het om iets nieuws gaat. De Duitse8 Hanze, waar Zutphen zich bij aansloot was actief in het Oostzeegebied, Engeland en Noorwegen. Zutphen richtte zich met name op haringvangst rond Skane, het vervoer van wol en steenkool uit Noord-Engeland en zout uit Zeeland. Er werd in mindere mate ook naar Bergen in Noorwegen gevaren. In dit kader moeten we waarschijnlijk ook het vroeg 14e-eeuwse kwadrant zien dat in 2013 werd gevonden op de Houtmarkt.9 VOETNOTEN 1. Fermin 2014a 2. Fermin 2014b 3. Vlierman 1996 4. Crumlin-Pedersen 2000 5. Van der Tuuk 2011, 249 6. Daly 2000,2002 7. Oosting 1987 8. Zutphen viel tot de Vrede van Münster in 1648 onder het Heilige (Roomse) Rijk, wat in feite een andere naam was voor Duitsland. 9. Fermin Kastelein 2013; zie ookjaarverslag archeologie in Zutphense Pracht 5,2014, p. 26. in gebruik zijn geweest (de omringende aardewerkscherven laten zich ruim dateren tussen ca. 1225 en 1275). Wellicht zijn ook de reparaties aan de gespleten planken te verklaren vanuit het lange gebruik van dit schip. Interessant aan het groeiringenpatroon van het hout is ook dat blijkt dat de planken waarschijnlijk uit Hollands hout gezaagd zijn (en geen Duits). In de 13e eeuw was er nog voldoende Hollands hout beschikbaar, vanaf de 14e eeuw werd het vooral geïmporteerd. Het zilversparrenhout is aftomstig uit de bovenloop van de Rijn en moet dus ingevoerd zijn. Het belang van de grote zeewaardige koggeschepen kan niet onderschat worden. Handel werd begin 13e eeuw steeds belangrijker en vormde een aanjager voor de opkomst van de steden. De stadsrechtverlening van Zutphen rond 1196 was dan ook vooral bedoeld om de handel te stimuleren. Zutphen kende tolvrijheden langs de Rijn en vanaf 1299 ook in Holland. Koggeschepen konden veel meer bulk vervoeren dan de kleinere (proto)hulken die daarvoor gebruikt werden. De handelaren verenigden zich in hanzen, een woord dat al in het oud-Gotisch (4e eeuw) een samenwerkingsverband of compagnie aanduidt. Hoewel de Hanze officieel pas Crumlin-Pedersen, O., 2000: To be or not to be a cog: the Bremen Cog in perspective, ^WÊÊiËr' The International Journal of Nautical Archaeology 29.2,230-246 Daly, A., 2000. Dendrokronologisk undersogelse af skibsvrag, "KoIIerup Kogge", NordjyIIands am t, Nationalmuseets Naturvidenskabelige Undersogelser report 2/2000, Kopenhagen. Daly, A., 2002. Dendrochronological analysis of timber from a shipwreck from Kolding Fjord, Sonderjyllands Amt, Nationalmuseets Naturvidenskabelige Undersogelser report 12/2002, Kopenhagen. Fermin, H.A.C., 2014a: De Apenstert. Huizen, straten en scheepsresten uit de 13e eeuw aan het Broederenkerkplein in Zutphen, Zutphense Archeologische Publicaties 94. Fermin, H.A.C., 2014b: Prostitutie in de 13e-eeuwse Apenstert?, Zutphense Pracht 5, 46-49. Fermin, H.A.C. D. Kastelein, 2013: Het Zutphense kwadrant. Archeologisch onderzoek in de gracht van de ringwalburg op de Houtmarkt te Zutphen, Zutphense Archeologische Publicaties 80. Oosting, R., 1987: De opgraving van het vlak van een kogge bij Rutten, Raakvlakken tussen Scheepsarcheologie, Maritieme geschiedenis en Scheepsbouwkunde, Flevobericht 280, 57-63. Tuuk, L. van der, 2011: De eerste gouden eeuw. Handel en scheepvaart in de vroege middeleeuwen, Utrecht. Vlierman, K., 1996: "...Van zintelen, van zintelroeden ende mossen..." Een breeuwmethode als hulpmiddel bij het dateren van scheepswrakken uit de Hanzetijd, Scheepsarcheologie I (=Flevobericht386), Lelystad. 47

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphense Pracht (vanaf 2012) | 2014 | | pagina 47