DORPSHERSTEL WARNSVELD
FUSEERT MET STICHTING
WARNSVELDSE MÜNuMENTEN
Dit rijksmonument ligt aan de Rijksstraatweg,
op de rand van het 'beschermd dorpsgezicht'.
Het was aan het begin van de 17e eeuw
een van het grote aantal herbergen die het
dorp telde en stond bekend onder de naam
Bentincksboomgaard. Eigenaar was de familie
Van der Cappellen- Bentinck, die het pand
in 1621 verkocht aan ene Berend Boeckholt.
Vanaf 1651 droeg de herberg de illustere
naam De Flapschotel en in de 18e eeuw wordt
dat Het Witte Paard. Pas rond 1850 wordt het
verbouwd tot herenhuis. Bijzonder is dat het
pand geen verdieping heeft maar bestaat uit
de begane grond met een schilddak. Dat is
een daktype dat wordt gevormd door twee
driehoekige schilden of dakvlakken aan de
korte kant en twee trapeziumvormige schilden
aan de lage kant. Het is een voorbeeld van
een 'noordboomdak'. De noordboom is de
plaats waar de twee dakschilden elkaar raken
aan de bovenzijde (nok). Het schilddak is
goed bestand tegen storm en wordt daarom
veel in het buitengebied toegepast. Na de
verbouwing wisselde het huis verschillende
malen van eigenaar en werd enige tijd
verhuurd aan de toenmalige burgemeester
van Warnsveld Hendrik Joan Ardesch van
Hamel, die met de bijnaam 'onze Hendrik Jan'
door het leven ging. In 1935 kwam het in bezit
van de familie Verloren van Thermaat.
Bron: Warnsvelders, wonen, werken en leven in de
20e eeuw, uitgave Walburgpers Zutphen 2011.
De twee monumentenstichtingen van Warnsveld zijn
samengegaan. Vanaf eind mei van dit jaar zijn alle activiteiten
van beide stichtingen ondergebracht in één stichting: de Stichting
Warnsveldse Monumenten, onder voorzitterschap van oud
burgemeester Pieter van Veen. Chris Wentink (voorzitter) en
Bert Arends (secretaris), oud bestuursleden van Dorpsherstel,
vertellen waarom die stichting destijds is opgericht en wat in
de afgelopen jaren tot stand is gebracht. Wentink: "Aanleiding
tot de oprichting in 1989 was de opkomst van Winkelcentrum
de Dreiumme en het verval van de Rijksstraatweg. Het oude
koopcentrum van het dorp kwam excentrisch te liggen van de
nieuwe kern. Daar door kreeg je leegloop en leegstand met alle
gevolgen van dien".
"De Wet op de Stad- en dorpsvernieuwing van 1985 bood
mogelijkheden om daar wat aan te doen. Om het verval een
halt toe te roepen konden financiële middelen worden ingezet.
Omdat op verantwoorde wijze te doen is toen de stichting
Dorpsherstel opgericht. De toenmalige wethouder Gert Sieders
was de motor bij de totstandkoming vult Arends aan. "Ik
ben hem in de 90er jaren opgevolgd als voorzitter en ook Ton
Walseman, Guus Jaspers en Ben Velders zijn bestuurders van
het eerste uur. De formule die we hanteerden was het aankopen
van panden die aan groot onderhoud toe waren, die splitsen
in verschillende wooneenheden, opknappen en doorverkopen
aan het gemeentelijk woningbedrijf. Daarnaast stelden we
gelden beschikbaar aan particulieren voor het financieren van
verbouwingen", aldus Wentink. Hij vervolgt: "Verder hebben
we ons ingezet voor het beschermd dorpsgezicht en ons sterk
gemaakt voor het behoud en het op de monumentenlijst plaatsen
van de dorpssmederij. Een doorn in ons oog is nog wel de
voormalige garage van Garritsen die steeds verder verpaupert.
Door de milieuvervuiling die maar voortwoekert worden de
kosten steeds hoger. Bij de vaststelling van het bestemmingsplan
oude dorp hebben wij een steunschrift ingediend voor de
ontwikkeling van een plan voor de entree van het dorp, maar
we hebben helaas de tijd niet mee. Een eerder plan, Berkel en
Hof, heeft het niet gehaald. Bij de fusie zijn de doelstellingen van
de stichting Warnsveldse Monumenten uitgebreid met die van
de stichting Dorpsherstel. We hebben nogal wat geld in de pot
die voor restauraties bedoeld zijn. Vaak zijn dat de meerkosten
voor het in oude stijl terugbrengen van monumenten. In het
verleden hebben we een bijdrage geleverd in de restauratie
van de Warkense Molen, het Nutsgebouw en de toren van de
Martinuskerk". Aanleiding tot de fusie is dat er geen nieuwe
projecten zijn waaraan een bijdrage kan worden geleverd, de
bestuursleden al heel lang zitting hebben en de doelstellingen in
elkaars verlengde liggen.
41