JAARVERSLAG BOUWHISTORISCH ONDERZOEK 2013
en is het resterende deel enkele jaren in
gebruik geweest als garage voor de politie
(toen nog gesitueerd in het voormalig
Gymnasium op 's-Gravenhof 5). Na een
cascorestauratie in 1977-'78 is het tien
jaar later verbouwd en in 1990 in gebruik
genomen als grafisch museum. Deze
functie heeft het gebouw tot 1 juni 2011
gehad.
Putten
Op 75 cm van de stadsmuur bevindt
zich een oude waterput. Deze waterput
heeft een buitendiameter van 1,25 m en
een binnendiameter van 1,0 m. De put is
uitgevoerd in stenen van ca. 28 x 13,5 x
6,5 cm, 10L 82 cm. Bovenin zijn kleinere
stenen gebruikt: 18 x9 x 5 cm. Dit wijst
op een langdurig gebruik van de put. De
datering van de put ligt op grond van het
baksteenformaat ws. in de 14e eeuw. Op
zich komen bakstenen waterputten uit de
middeleeuwen vrij veel voor in Zutphen.
Wat de put echter zeer bijzonder maakt
is het feit dat de put na bijna 700 jaar
nog steeds watervoerend is (waterpeil op
-3,0 m onder bovenrand). Waarschijnlijk
is hij zelfs nog gebruikt door de firma
Mispelblom.
Voetnoten:
1. P. Bitter, Uit het bodemarchief van
Zutphen II, in: Zutphen
1985-2, 39
2. R. Bennink, Emond Hellenraet.
Bouwmeester in Zutphen
(1620-1660), Nijmegen 2010
(doctoraalscriptie
Radbouduniversiteit), 35, 60
3. Geciteerd uit De Stentor, 11-3-2009
4. RAZ, collectie bouwtekeningen, invnrs.
324-1001 en 395-2031
Wanneer de ronde putten zijn vervaardigd
is niet met zekerheid te zeggen, maar gelet
op de toegepaste tegels met glasafwerking
in combinatie met de gietijzeren
sponningen om de toegangsluiken in te
leggen kan gedacht worden aan eerste
kwart van de 20e eeuw. Dergelijke putten
zijn in ieder geval bijzonder zeldzaam, en
voor Zutphen uniek.
Dit geldt in ieder geval voor de grote
brandewijnput in het midden van
de ruimte. Deze ronde put, met een
binnendiameter en diepte van 1,90 meter
is aan de binnenzijde geheel betegeld.
Hiervoor zijn estrikken gebruikt met een
formaat van 23 x 13 cm. Op de estrikken
is een dikke groene glaslaag aangebracht
om het geheel waterdicht te houden. In
totaal kan de put 49 hectoliter bevatten.
Mispelblom heeft in 1948 en 1951 nieuwe
betonnen putten laten maken met een
capaciteit van 100 hectoliter. Deze waren
in tegenstelling tot de bestaande niet rond
meer, maar zijn uitgevoerd als vierkante
bakken.
Stadsmuur
Tijdens de werkzaamheden is de
middeleeuwse stadsmuur vrijgelegd.
Dat was geen zware opgaaf, want er
stond een wand voor van houten stijl- en
regelwerk met gipsplaten, die eenvoudig
kon worden verwijderd. De tienlagenmaat
van de stadsmuurvulling binnen de
bogen is 78 centimeter gemeten, voor
de weergangbogen is als tienlagenmaat
82 centimeter gemeten, de stenen zijn in
beide gevallen 28 x 13,5 x 6,5 centimeter.
Deze baksteenmaten passen bij een
datering in de veertiende eeuw, toen dit
deel van het stadsmuurtracé is vernieuwd.