JAARVERSLAG BOUWHISTORISCH ONDERZOEK 2013 Kerkhof 16 staat momenteel deels vrij aan een binnenplaatsje achter Barlheze 3-3a De topgevel is aan de zijde van de zolder van het koetshuis als zichtgevel opgetrokken in schoon metselwerk. Logisch, want het koetshuis is rond 1877 tegen de stadsmuur aangebouwd. Bij de sloop van het achterhuis van Barlheze 3-3a moest het deel van de gevel blijven staan dat in het koetshuis geïncorporeerd was geraakt. De gevel heeft een hoekoplossing links met klezoren, waartegen links met een koude bouwnaad een schuine aansluiting is gemetseld met vlechtingen, passend bij de dakhelling van het koetshuis. De positie van de bouwnaad komt overeen met de perceelsgrens tussen Barlheze 3 en 5. Het topgevelrestant is in kruisverband gemetseld met bakstenen van ca. 5-6 centimeter hoog, ca. 12 centimeter breed en 23-25 centimeter lang. Het metselwerk heeft een geschatte tienlagenmaat van 60-65 centimeter. Hoekoplossing, baksteenformaat en metselverband, alsmede het patina van de gevel wijzen op een datering van het gevelrestant in de eerste helft van de 17e eeuw. Interessant is een secundair aangebracht venster, waarbij de hoekoplossingen met drieklezoren zijn ingeboet in het bestaande werk. De dichtgemetselde opening wordt ontlast met een eiken latei. Mogelijk is het één van twee vergelijkbare vensters in de topgevel van het gesloopte achterhuis. Deze was oorspronkelijk breder en hoger. Jeroen Krijnen en Bert Fermin Op Kerkhof 16 was van 1850 tot 1966 brandewijnstokerij Mispelblom gevestigd. Het pand is aan de zuidzijde tegen de stadsmuur aangebouwd. Mispelblom en brandewijn Het bedrijf van brandewijnstokerij is in 1770 gestart door Frederik Mispelblom Beyer, maar gaat al terug tot 1748 wanneer door de familie met een wijnhandel wordt gestart. De locatie aan het Kerkhof komt rond 1850 in beeld als H.D. Mispelblom Beyer een aantal panden aan het Kerkhof koopt (de huidige nummers 12, 14, 16 en het naderhand gesloopte deel achter Kerkhof 18), die worden verbouwd tot distilleerderij en kantoor. De stokerij wordt in 1915 voortgezet door C.F. de Haan en die verandert de naam van het bedrijf in 'Zutphensche brandewijn stokerij v/h Mispelblom en Co'. Negen jaar later komt wegens gebrek aan opvolging ook de wijnhandel in andere handen. De handelsnaam 'J.J. Mispelblom Beyer en Zoon' blijft echter nog jarenlang behouden. Na de oorlog komt de stokerij door vererving in bezit van de familie Petit dit de la Roche en wordt de naam opnieuw en met oog voor traditie gewijzigd: 'Distilleerderij v/h Mispelblom en Co'. In 1966 heeft nog een verhuizing plaats naar een nieuwbouwpand aan de Litouwenstraat. Maar voor Mispelblom in Zutphen is dit het begin van het einde. Het bedrijf wordt in 1970 overgenomen door Henkes en sluit de distilleerderij op De Mars. Tegenwoordig stookt de firma Bols de Mispelblom brandewijn Na het vertrek van de firma Mispelblom is het linkerdeel van het pand gesloopt 32

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphense Pracht (vanaf 2012) | 2014 | | pagina 32