Voetnoten: 11: Voorbeeld van een sheela-na-gig uiteen kerk in Ierland. De 14e-eeuwse sprookspreker Willem van Hildegaersberch verwoordde het als volgt: Mar die hoer eer vercopen licht Om my ede of om clene ghicht, Entan hem selven soe vergheten, Dat sijs niet en willen weten, Ende hem by goede vrouwen voeghen, Twaer billies dat si bellen droeghen, Die lude cloncken waer si ghinghen, Soe hoordmen elcs bi sonderlinghen 21 Anderzijds was het natuurlijk ook gewoon een manier om de aandacht te trekken22net zoals de meeste prostituees ook tegenwoordig duidelijk als zodanig herkenbaar zijn. Prostituees moesten ook aan andere uiterlijke verplichtingen voldoen, die per stad of streek verschilden. In sommige plaatsen moesten zij (gedeeltelijk) gele kleding dragen, op andere plaatsen gestreepte kleding of een bepaald hoofddeksel. Dress codes voor allerlei groepen waren overal in middeleeuws Europa de regel. In de Saksenspiegel (vroeg 13e-eeuws geïllustreerd Saksisch wetboek) zijn bijvoorbeeld ook Franken, Saksen en joden allemaal direct herkenbaar aan een bepaald hoofddeksel, en hetzelfde gold voor melaatsen, leden van religieuze groeperingen en eigenlijk voor iedereen. Overigens zijn er nog ook drie bellen gevonden in de Apenstert. Het gaat natuurlijk wel erg ver om deze ook maar gelijk toe te schrijven aan prostituees. Een derde "verdacht"object is de insigne met de wijdbeens zittende vrouw. Het gaat om een lood-tinnen insigne. In de literatuur staan dergelijke figuren bekend als sheela-na-gigs. Dit is een Ierse (Gaelic) term 23 die eigenlijk slaat op gebeeldhouwde naakte vrouwenfiguren die wijdbeens boven romaanse kerkdeuren zijn aangebracht. Dergelijke figuren komen vooral voor in Ierland en Groot- Brittannië, maar ze worden ook gevonden op het continent, waar ze deel uitmaken van het romaanse spectrum van monsters en masturberende mannetjes en vrouwtjes waarmee kathedralen van ca. de 10e tot 12e eeuw mee gedecoreerd werden. Een zeldzaam voorbeeld van een sheela-na-gig uit de 16e-eeuw vinden we in de Librije van de Walburgiskerk in Zutphen 24De Ierse term sheela-na-gig is later bedacht en zal voor een 16e-eeuwse Zutphenaar als Chinees hebben geklonken; bij een voghelend vrouwtje zal hij zich meer hebben kunnen voorstellen. 12: Middeleeuwse lood-tinnen insigne uit leper van een vulva en fallus die via een ladder tot een hoogtepunt komen [Van Beuningen, Koldeweij Kicken 2001, 411). geheel speculatief. Naar aanleiding van wat Plutarchus (45-120 n. Chr.) schrijft over Romeinse phallusamuletten, kwaadafwerend tegen het Boze Oog26 worden deze amuletten vaak ook als apotropaïsch geduid21Misschien dat dergelijke insignes echter meer iets zeggen over de (al dan niet betaalde) seksuele beschikbaarheid van mensen28. Het zou bijvoorbeeld interessant zijn om eens te kijken of dergelijke insignes meer in havenplaatsen worden gevonden dan in agrarische gemeenschappen. Het is opvallend dat deze opgraving in de Apenstert twee of drie objecten heeft opgeleverd waaraan mogelijk een seksuele betekenis is toe te kennen, terwijl we deze verder uit de stad niet kennen. Deze andere insignes zijn alle ofwel religieus (tunica van Aken, Driekoningen, Sint Catharina, Sint Cunera etc.) ofwel neutraal (gespbroches e.d.). Uiteraard is met de vondst van de objecten uit de Apenstert niet hard te maken dat hier daadwerkelijk prostitutie heeft plaats gevonden. Dat er in de middeleeuwen prostitutie plaatsvond, is echter wel een hard gegeven. En om een penning die als twee druppels water lijkt op Romeinse en 19e-eeuwse bordeelpenningen met prostitutie in verband te brengen lijkt meer voor de hand te liggen dan hem in een gesloten beurs te zien als een onheilafwerende talisman... Tekst, foto's en tekeningen Zutphense objecten: Bert Fermin Over de precieze functie van dergelijke ornamentiek is veel gespeculeerd. Boven een kerkdeur zal een dergelijk beeldhouwwerk misschien een onheilafwerende apotropaïschefunctie hebben gehad (zoals vaak beweerd wordt), maar een insigne met een dergelijke afbeelding kan ook moeiteloos worden geplaatst in de eindeloze rij "profane insignes", die veelal bestaan uit sterk seksueel getinte afbeeldingen. Deze vaak niet van enige humor gespeende insignes tonen bv. vulva's aan het spit, vulva's en falussen op een ladder op weg naar een hoogtepunt, vliegende falussen, als een paard bereden falussen, haantjes, poezen en andere dubbelzinnigheden. De "sheela- na-gig"-insignes, waarvan we verder twee voorbeelden uit Kruiningen en één uit Den Bosch kennen 25, passen waarschijnlijk ook in dit spectrum. Ook van deze insignes is de betekenis 1: Brundage 1989, 84. 2: Vanhemelryck 2004, 216; Fieren 2010. 3: Slobbe 1937,13-19. 4: Utrechtse en Amsterdamse keuren uit het begin van de 15e eeuw verboden bi jvoorbeeld seks op kerkhoven; Stemvers 1985. 5: Stemvers 1985,13-20. 6: Lensen en Heitling 1983, 45; helaas zonder verdere bronverwijzing: 15e eeuw? 7; Gilchrist 2012, Forgéais 1866 [232, 257-70); Bruna 1996; Mitchener Skin ner 1983. 8: Pelsdonk 2003,120. 9: Mitchener Skinner 1983.

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphense Pracht (vanaf 2012) | 2014 | | pagina 46