I
Paltsprijs
Waterput of beerput
m PALT5PRIJ3 1997
uit de late middeleeuwen stamt. Het zou in de zeventiende eeuw
vanuit een stenen toestand opnieuw gebouwd zijn in steen nadat het
eerder in verval was geraakt. Het steegje waarin Fideel zich bevindt
is vermoedelijk ontstaan na de stadsbrand in 1284 en na de stichting
van de Dominicaner Klooster in 1293. Door de groei van het klooster
werd de omgeving herhaaldelijk geherstructureerd. Hoe dan ook, het
heeft een flink aantal eeuwen én eigenaren doorstaan. Schoenlappers,
leerlooiers, sigarenhandelaren en andere ambachtslieden gingen Twan
en Ceciel voor. Ook als woning werd het pand gebruikt. Tijdens de
Tweede Wereldoorlog woonde er gelijktijdig twee gezinnen, voorzien
van een rijke kinderschare. Met een begane grondoppervlakte van
zo'n twintig vierkante meter zet die wetenschap je fantasie flink aan
het werk. Het plafond is in deze ruimte overigens vier meter hoog. Dat
dan weer wel.
In de jaren negentig werd het pand uitgebreid
opgeknapt door de heer Nieuwburg, de
toenmalige eigenaar, die het pand gebruikte
als borduurwinkel. Zijn inzet werd in 1995
beloond met de Paltsprijs. Aan de gevel naast de
voordeur prijkt nog altijd het schildje dat hieraan
memoreert. Om het pandje van binnen te
kunnen bekijken, moet je op ontdekkingstocht.
Zo groots als het doel en de inzet van Twan en
Ceciel, zo klein lijkt de inhoud van het pandje.
De totale leef- en werkruimte is voor moderne
begrippen minimaal. En wat er is, deelt zich vooral in lagen op. Maar
opgeteld kom je dan toch nog op 200 kubieke meter inhoud. Via
de smalle wenteltrappen klim je (pas op je hoofd!) naar de vide, de
leefruimte en de zolder, op dit moment vooral in gebruik voor het
sorteren en opslaan van spullen voor de verkoop, gedoneerd door
particulieren. Een bescheiden keukenblokje zorgt voor wat comfort
tussen de opgestapelde dozen. Twan, iemand met veel gevoel voor
en kennis van historische bouwkunde, trof bij zijn intrek wel wat
restauratiewerk aan dat hem de wenkbrauwen deed fronsen. "Een
verrotte eiken klos die de eiken dakgebinten moet ondersteunen was
vervangen voor een klos van vurenhout. Ik denk dat dit een nieuwe
eiken klos had moeten zijn." Hij zette zich in om oude elementen
van het pand weer terug te brengen. Hij verwijderde asbest uit het
dak, plaatste een staand dakraam voor wat extra licht en verplaatste
de opgang naar de hoogste zolder die tot dan op een niet originele
en onpraktische plek zat. Twan wijst op de gebinten, die door lijken
te lopen naar het naastgelegen pand aan het Broederenkerkplein 7.
Dat zou blijken uit de nummering die op de balken te zien is. Het zou
kunnen betekenen dat het pand van Fideel vroeger wellicht groter was.
Maar het naastgelegen pand werd rond 1900 opgehoogd waardoor
er tussen de beide daken een tussenmuur werd geplaatst. We trekken
de conclusie dat Fideel niet groter was maar gewoon deel uitmaakte
van een rij huizen met een open, doorlopende zolder, iets wat vaker
voorkwam. Gegevens uit het archief bevestigen dit.
We laten de zolder voor wat die is en gaan naar een volgende
verrassing. Op de begane grond, onder de wenteltrap naar boven,
leidt een kleine draaitrap naar de kelder met tongewelf. Twan heeft
er boekenkasten neergezet zodat bezoekers van het winkeltje er
tweedehands leesmateriaal kunnen vinden. In het midden van de
kelder prijkt een historische put. De opening is afgedekt met een
slagvaste glasplaat zodat er geen ongelukken kunnen gebeuren. De put
is goed bewaard gebleven en van binnen met spotjes verlicht. Je kunt
zo gemakkelijk twee en een halve meter de diepte in kijken. Volgens
Twan betreft het een waterput, oudere bronnen maken melding van
een beerput. Vóór de grote restauratie in de jaren '90 werd leem
aangetroffen langs de gemetselde wanden van de put, iets wat erop zou
wijzen dat de put als beerput is gebruikt. Tijdens de restauratie werd
de wand schoongemaakt en met cement gevoegd. Twan: "De put staat
nu droog, maar gemiddeld twee maanden per jaar komt er schoon
en kraakhelder grondwater in omhoog. Dat heeft te maken met de
regulering van het grondwater en met de waterstand van de IJssel."
Stadsarcheoloog Groothedde vermoedt dat het in de middeleeuwen
een waterput was, maar tot beerput is gedegradeerd nadat de waterput
in onbruik raakte.
Twan en Ceciel zijn nog lang niet klaar. Veel opknapwerk ligt nog
in het verschiet. Vooral het buitenschilderwerk willen ze aandacht
geven, maar het ontbreekt hen aan tijd. Het heeft alles te maken met
het succes van de winkel en dat is weer helemaal te danken is aan de
royale steun van particulieren voor hun initiatief. Twan en Ceciel
geven prioriteit aan de verkoop van de vaak unieke spullen en het
begeleiden van de vrijwilligers. Maar straks in juli gaat Fideel een
maandje dicht en krijgen Twan en Ceciel tijd om te schilderen en te
klussen met veel liefde voor de historie van hun pand.
Tekst en foto's: Marion Traas
Fideel is open op woensdag van 13.00 tot 17.00 uur, donderdag, vrijdag
en zaterdag van 11.00 tot 17.00 uur. Kijk ook op www.stichtingfideel.nl
45