eerste station in Zutphen, dat natuurlijk wel binnen de vesting moest liggen, maar waarvoor natuurlijk géén plaats was. De nieuwe linie kon in 1874 alweer afgebroken worden. Ook de Staatsspoorwegen hebben overigens archeologische resten opgeleverd. Zo konden onder meer een waterput en een watertoren worden gedocumenteerd die te relateren zijn aan de stoomtreinen van de S.S. (Staats Spoorwegen). geen begravingen gevonden omdat er na de Reformatie alleen nog bij de Martinuskerk begraven werd. Tenminste: er werd één uitzondering gevonden op deze regel: in de hoek werd, op de fundamenten van de gesloopte beuk een begraving in een kist gevonden, die gedateerd kan worden rond 1700. Het gaat om het skelet van een kind van 1,20 m hoog, waarschijnlijk rond de 10 jaar oud (maar dit moet nog verder onderzocht worden). Tussen haar(?) benen lag een tweede skelet: een baby. Zijn we hier getuige van een incestgeval? De skeletten worden momenteel onderzocht, waarbij ook de relatie tussen beide kinderen onderzocht wordt aan de hand van DNA. POLSBROEK Een riooltracé op het parkeerterrein van de Albert Heijn (in de voormalige Zutphense volkswijk Polsbroek) doorsneed een voormalige smederij aan de Groenesteeg. In de sleuf konden de diverse ruimten worden opgemeten, alsmede een 19e-eeuwse beerput. Ook werd de stratigrafie van het terrein gedocumenteerd om een indruk te krijgen van de geschiedenis van het terrein (oorspronkelijk reliëf, ophogingen, eerste gebruik en bewoning). De eerste ophogingen vonden plaats in de late middeleeuwen. Het bouwblok werd in de 16e eeuw ommuurd. In dergelijke ommuurde percelen had het stedelijk patriciaat hun lusthoven. De 16e-eeuwse tuinmuur werd in de 18e eeuw gebruikt als basis voor de voorgevel van een woonhuis. Dit huis werd steeds verder uitgebreid en steeds verder opgehokt. Tegen het einde van de 19e eeuw herbergde dit ene huis maar liefst negen huishoudens en een smederij! Deze situatie bleef echter niet lang bestaan: rond 1900 woonde nog slechts één van deze families er. De familie Remmelink verbouwde het pand tot één grote smederij met een nieuwe voorgevel. GASTHUISKERK (DOESBURG) Voor de bouw van een nieuw atrium bij de Gasthuiskerk (Antoniuskapel) werden twee bouwputten onderzocht tot de verstoringsdiepte. De één bevond zich ter plekke van het reeds vermoede maar nooit bevestigde middeleeuwse kerkhof. Hier werden twee middeleeuwse skeletten en een knekelkuil onderzocht. Het skeletmateriaal gaat nog onderzocht worden, maar vooralsnog lijkt het te gaan om het skelet van een volwassen man die in een linnen doek is genaaid en een kleuterskelet in een houten kist. Ook binnen in de kerk werden (verstoorde) skeletten gevonden bij de aanleg van een vloerverwarming. De ander put bevond zich op de plek van een tijdens de Tachtigjarige Oorlog gesloopte zijbeuk van de kerk. Hier zijn

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphense Pracht (vanaf 2012) | 2014 | | pagina 30