Nieuwe steun voor oude handen ZY> BORFIIlM Ut, Herstel van de poort van het Oude Bornhof 1 I UN M.Nff UVA l I - :j li sj La -1 li ïJ |öW oFTt POU\VE\ 7LrPHf-xt ^t-tsuur "?HOf 'SjbMW oycRHOi »r, gebouwd werd afgebroken. Dat betekende een volledig nieuwe architectonische werking. Het beeldhouwwerk moest veranderen van een haut-reliëf naar vrijstaand beeldhouwwerk. De poort had plotseling een 'achterzijde' nodig. Archivaris Gimberg vermeldt in 1911 dat van de figuren uit 1723 afgietsels zijn gemaakt. Deze afgietsels zijn waarschijnlijk gemaakt van een kalk of kalktrasmortel, want portlandcement is in deze tijd niet gangbaar. Wellicht is er sprake van 'Dortse cement' een mortel met trasbasis. Het nieuwe natuursteen imitatie-pleisterwerk aan de achterzijde van de poort is ook in dit materiaal vervaardigd. Het 'ontbrekende' beeldhouwwerk, de achterzijde van de beelden, moet dus na het afgieten zijn aangebracht. De achterzijde van de zandsteenornamenten is ook aangepast. Dit is nog steeds stilistisch goed te zien. Aan de achterzijde van de poort zijn er twee elementen bijgeplaatst. Stilistisch wijken deze ook af van het oorspronkelijke beeldhouwwerk. De gegevens hierover ontbreken eveneens, vermoedelijk is het hergebruik van een ander gebouw. Het is de vraag of de kwaliteit van de afgietsels aansloot bij de hoge kwaliteit van het echte natuursteen van de poort. De houdbaarheid van de beelden van kalkmortel is volgens Gimberg niet goed. Het snelle verval van de afgietsels is, wanneer er sprake was van normale schelpkalk, zeker niet onmogelijk. De beelden zijn in 1896 door beeldhouwer Hensen vervangen in Udelfanger zandsteen. Udelfanger is een natuursteensoort, die veel in deze periode is gebruikt voor gevel beeldhouwwerk, maar deze is minder duurzaam dan de oorspronkelijke Bentheimer zandsteen. Bij deze vervanging zijn de beelden vermoedelijk wat groter gekopieerd. Op basis van het fotomateriaal zijn ook de beide vazen naast de figuren aangepast en omgewisseld. Bijna honderd jaar later was het noodzakelijk om de beelden opnieuw te vervangen. Dit werk is uitgevoerd in 1985 door beeldhouwer Mooy. Dit keer werden de beelden in de natuursteensoort Muschelkalk vervaardigd. De Udelfanger beelden van beeldhouwer Hensen staan in het nieuwe Bornhof. De markante poort naar het oude Bornhof is hersteld. De poort zelf was nog wel in redelijke staat, maar de handen van de beelden waren gebroken en het beeldmerk als geheel was op een aantal plekken beschadigd, begroeid en vervuild. Beeldhouwer Serge van Druten heeft het natuursteenwerk voorzichtig geconserveerd en de teksten en wapenschilden gerestaureerd. De historie In 1723 kreeg stadsmetselaar Ravenschot van de overprovisoren (bestuurders) van het Bornhof de opdracht om de poort te bouwen. De bouwmeester-ontwerper was Van den Heuvel, de gebeeldhouwde figuren op de poort zijn van de hand van beeldhouwer Bernardus Vogedes en de tekst van het vers boven de doorgang van dominee Raesvelt. De poort was oorspronkelijk onderdeel van een doorgaande gevelwand van de Zaadmarkt. In 1887 werd de poort gedemonteerd en op andere wijze weer opgebouwd. Het nieuwe huis op Zaadmarkt 103 is smaller, waardoor er aan beide kanten van de poort gemetselde muren moesten worden opgetrokken. Bovendien kwam de poort los in de ruimte te staan, omdat het huis dat over de steeg was Het herstel van de poort Beeldhouwer en restaurator Serge van Druten kreeg van de NV Stadsherstel de opdracht om een herstelplan voor de poort te maken. Bijzonder is dat Serge als leerling beeldhouwer zelf de levensgrote beelden heeft voorgehakt in 1985. Het herstelplan is uitgevoerd als een zogenoemde conserverende restauratie, waarbij de poort gereinigd, hersteld en gecompleteerd is. De reiniging betrof vooral de Muschelkalk beelden uit 1985-87. Deze natuursteen is vrij grof van structuur en zoals de naam al zegt kalkhoudend wat enige mosvorming aan kan trekken. Deze begroeiing geeft de beelden wel een fraai patina, maar sterke mosgroei onttrekt de kalk aan het natuursteen.

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphense Pracht (vanaf 2012) | 2012 | | pagina 20