Lange kammen larloes Rijkelijkhuizen I111 1820 1825 1830 1835 1840 1845 1850 1855 1860 1865 1870 1875 1880 1 1890 1895 1900 1905 1910 Figuur 2. Samengestelde kam van gewei uit de terp Ferwerd. Collectie: Rijksmuseum van Oudheden. Foto: Marloes Rijkelijkhuizen eenvoudiger om op deze manier de tanden te zagen in plaats van in elk plaatje apart. De tanden werden hierna bijgewerkt en gepunt. Ten slotte bracht men de decoratie aan, bestaande uit lijnen en/of puntcirkels (Gal loway Newcomer 1981). De fabricage van een dergelijke kam is een tijdrovend proces en lijkt vereenvoudigd te kunnen worden door een kam uit één stuk in de lengterichting van een geweistang te zagen. De ambachtslieden waren echter bekend met de eigenschappen van gewei en wisten dat gewei sterker is in de lengterichting en de tanden in deze richting gezaagd moesten worden. De breedte van een geweistang is echter beperkt, dus moest men meerdere plaatjes naast elkaar leggen om een grote kam te verkrijgen (MacGregor Currey 1983). De twee laat-Romeinse kammen zijn beide gevonden in vrij rijke graven (Bouwmeester 2000). Samengestelde kammen speelden naast een functie voor persoonlijke verzorging ook een rol in begravingsrituelen. Deze kam men worden regelmatig in Noordwest-Europa teruggevonden als bijgiften in laat-Romeinse en vroegmiddeleeuwse crematiegraven. De kammen werden opzettelijk meeverbrand of gebroken en een enkele keer werden ook nieuwe miniatuurkammen vervaardigd voor dit doel (MacGregor 1985, 73). De vervaar diging van deze kammen was erg arbeidsin tensief en de kammen zijn meestal versierd. Mogelijk werden de kammen verhandeld binnen Noordwest-Europa. Veel van deze kammen vertonen gebruiksslijtage en zijn lang gebruikt. De fragmenten van de samengestelde kam men uit het prestedelijke Zutphen zijn te beschouwen als nederzettingsafval en hebben ook een rijke context. Zutphen was toen een machtcentrum van de Hamalandse graven. Beide vindplaatsen aan het 's-Gravenhof lagen midden in dit machtcentrum. De zogenaamde 'lange kammen' zijn gemaakt van bot zien er in vergelijking met de samengestelde kammen simpel uit en zijn eenvoudig te vervaardigen. Dit soort kammen wordt regelmatig aangetroffen in laatmid deleeuwse contexten. In de binnenstad van Zutphen zijn twaalf lange kammen van bot door de auteur beschreven (Fig. 3). Het totaal opgegraven aantal kammen van dit type ligt iets hoger. Ze dateren allemaal uit de 13e en 14e eeuw. De lange kammen zijn uit de lengterichting van het bot gemaakt, omdat het bot in deze richting steviger is. Voor de vervaardiging van deze kammen werd uitslui- Figuur 3. Lange kam van bot gevonden in Kuiperstraat 13 (Ku13-48). Collectie: gemeente Zutphen. Foto: Bert Fermin Figuur 4. Complete kam opgegraven in Amsterdam op een midden-voetsbeen. Collectie: Bureau Monumenten en Archeologie, afdeling Archeologie. Foto: Marloes Rijkelijkhuizen 22

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphen MoNUmentaal (2000-2012) | 2011 | | pagina 22