Leesten in de vroege middeleeuwen: het oude reliëf met daarop aangegeven
de archeologische bekende vindplaatsen.
Leestenseweg 18 (oktober)
Jeugdgevangenisterrein
(november - december)
S 1 hutkom vlak 4
CD
-d-wó S
Zutphen-Mofflflmentaal
1 91 5 1 920 1 92 5 1 930 1 935 1 940 1 945 1 950 1 955 1 960 1 965 1 970 1 975 1 980 1 985 1 990 1 995 2000 2005
reconstructie in lengte- en dwars
doorsnede van de Leestense hut.
Wel werd informatie verkregen over de
ondergrond: het beekdal van de naburige
Berkel.
Bert Fermin en Michel Groothedde 2007: De Lunetten van
Coehoorn. Een proefsleuf door een geslecht lunet in de Linie van
Coehoorn, Coehoornsingel 3 te Zutphen. Zutphense Archeologische
Publicaties 34
Deze particuliere bouwkavel ligt aan een
voormalige oude landweg middenin de
VINEXwijk Leesten. Hier wordt reeds sinds
begin jaren '90 van de 20ste eeuw archeolo
gisch onderzoek verricht. De bouwlocatie ligt
hemelsbreed tussen een grafveld uit de 4e en
5e eeuw in het noordwesten (opgegraven in
1995) en een middeleeuwse nederzetting in
het zuidoosten (opgegraven in 1997). Weste
lijker zijn vooral sporen uit de late prehistorie
gevonden (1996) en ten oosten van de Lees
tenseweg is de hoge kamp in 1970 ontgrond.
Vandaar dat hier de laat-romeinse en vroeg
middeleeuwse werd verwacht die zuidelijker
door de karolingische en jongere nederzetting
werd opgevolgd. De bouwkavel leverde tus
sen alle 19e- en 20ste-eeuwse vergravingen
ook sporen op van een zesde-eeuwse neder
zetting. Vooral het spoor van een hutkom
Leestenseweg 18: plattegrond van
de hutkom in vlak 4.
leverde interessante gegevens op. De kera
miek dateerde de hut in het midden van de
zesde eeuw. Het was een hutkuil van 2,10 x
2,70 meter. De kuil had wanden van paaltjes
met vlechtwerk. Daarop stond een grotere
constructie waarin rechtop gelopen, geslapen
en gewerkt kon worden, gedragen door vier
hoekpalen en twee nokdragende midden-
palen. Mogelijk waren het hutten van slaven
(lijfeigenen) van de Frankische bewoners van
de nederzetting.
Michel Groothedde 2007: De Franken in Leesten. Rapportage van de
opgraving in de bouwput van Leestenseweg 18 te Zutphen. Zutphense
Archeologische Publicaties 37
Deze opgraving is op het moment van schrij
ven nog in volle gang en zal in 2008 worden
vervolgd door een tweede campagne. Het
gaat om een grote inbreidingslocatie (4 hec
tare, 150 woningen) op het terrein van de
voormalige Jeugdgevangenis 'De Lunette'
uit 1881. Grondradaronderzoek leverde een
verdachte mammoet?locatie op in de pleis
tocene ondergrond op circa 3 meter diepte.
Boringen wezen uit dat er inderdaad een
gaaf pleistoceen landschap aanwezig is in de
diepere ondergrond maar bij het definitieve
onderzoek is de mammoet (of iets anders
wat de radar zou kunnen hebben gezien) niet
gevonden! Wel werd een proefsleuvenonder-
zoek uitgevoerd omdat de boringen hadden
uitgewezen dat er een gave opbouw van een
oude cultuurlaag onder de recentere zwarte
bouwvoor aanwezig was. De sleuven gaven
uiteindelijk een verrassend resultaat. Er werd
een fraaie solitaire nederzetting uit de late
bronstijd (voorlopige datering!) gevonden op
het noorddeel van het terrein. De tot nu toe
opgegraven sporen in het direct erop gestarte
definitieve onderzoek wijzen op een boerderij
van 16 x 5,5 meter met een groot aantal
spiekers en bijgebouwen. Mogelijk gaat het
om meerdere boerderijen maar dat moet het
vervolgonderzoek uitwijzen. Duidelijk is wel
dat de bewoning van relatief korte duur is
geweest op deze lemige grond. De potentie
van deze nederzettingen is groot. De interpre
tatie van gebouwstructuren, de toeschrijving
van gebouwen aan erven en de toeschrijving
van het aardewerk aan erven is vele malen
eenvoudiger dan op de intensief bewoonde
nederzettingsterreinen als Colmschate, Lees
ten en Looerenk. Ze zijn dus voor de kennis
van de late prehistorie van groot belang. Het
ironische van de zaak is dat dergelijke kort
stondig bewoonde solitaire nederzettingen
zelden of nooit worden aangetroffen volgens
de gebruikelijke stappen en waardering- en
selectiecriteria in het proces van de archeolo
gische monumentenzorg. De boringen lever
den immers geen scherven op en de sleuven
slechts enkele sporen op honderden meters
sleuf.
Pas in de middeleeuwen is er weer activiteit in
de vorm van de ontginning van het terrein. De
oudste scherven wijzen op de 11e of 12e eeuw.
Het terrein was onderdeel van de curtis (hof)
Leestenseweg 18: opschaven van
het spoor van de hutkom.
0*0tja»
O tuiit
11