Van der Vegtestraat
ék
Eengezinswoningen en
MEERGEZINSWONINGEN
Architectenbureau: E.C. Falkenburg,
Amsterdam
Opdrachtgever: R.K. woningbouwvereniging
'Ons Thuis'
1948
In de plannen van de wederopbouw was de
sanering van de Polsbroek opgenomen. Na
de oorlog was hier veel schade aan de wonin
gen en bedrijfjes die er waren gevestigd. De
gemeente, op advies van het Bureau Weder
opbouw, besloot dat sloop van de krotten en
nieuwbouw goedkoper en beter zou zijn dan
herstellen van de schade aan de krotten.
Er was een nieuwe straat gepland van de
Graaf Ottosingel tot aan de Boompjeswal.
De uitvoering van de eerste fase, het deel
tussen de Graaf Ottosingel en het Hoge-
straatje, begon in 1947 met de onteigening
en afbraak van woningen. Daarna werden
in 1948 langs het eerste deel van de nieuwe
straat woningen gebouwd. De straat kreeg
toen ook een naam: de Van der Vegtestraat,
naar de in 1947 overleden Van der Vegte,
wethouder van Volkshuisvesting en Openbare
Werken.
In een later stadium zou de rest van de Van der
Vegtestraat worden ontwikkeld. De volgende
fase van het plan werd vertraagd, omdat de
plannen voor de Polsbroek werden gewijzigd
als gevolg van de integrale planvorming voor
de gemeente Zutphen. Het duurde uiteindelijk
tot in de jaren '70 tot de Polsbroek verder werd
bebouwd, waarbij de oorspronkelijke plannen
voor de verlenging van de Van der Vegtestraat
niet meer werden gerealiseerd.
Voor de Van der Vegtestraat zijn twee ver
schillende typen woningen ontworpen.
Aan de noordzijde zijn vierentwintig meer
gezinswoningen (het A-type) gebouwd in
woningblokken met drie bouwlagen en een
zadeldak. Aan de achterzijde bevinden zich
acht tuinen en voor iedere woning een eigen
schuurtje. Karakteristiek van de A-woningen
zijn de entrees met het lage bordes en de
hekjes en de afwisseling van de ramen.
Aan de zuidzijde zijn vijftien woningen van
het B-type gebouwd: ééngezinswoningen
van twee verdiepingen. Ook deze woningen
hebben aan de achterkant een tuintje en een
schuurtje.
Foto collectie Stedelijke Musea Zutphen
ZutEhen
4