23 Zutphen-Moieffilmentaal
eenvoudig met een verdieping zou kunnen
worden verhoogd.
De publiekstoegang bevindt zich op de hoek
van de Stationsstraat en de Molengracht.
Deze wordt gevormd door een portiek met
een bordes van vier treden. In de portiek
zijn de wanden bekleed met travertin en de
vloeren belegd met kwartsiet.
men van wat ontworpen was als direc
teurskamer, het raam erboven was van de
vergaderzaal. Dit deel van de gevel is tot de
hoogte van de portiek bekleed met donker
groene kunststeenplaten.
Iets terugspringend in de gevel was de
ingang voor het kantoorpersoneel. Daar
naast is een opvallende ronde toren met
veel glas, waardoor goed te zien is hoe de
treden van sierbeton vastzitten aan een spil
en verder vrij in de ruimte hangen. Oor
spronkelijk werd de ronde vorm herhaald
in de afgeronde hoeken van de bordestrap
naar de hoofdingang. Tegenwoordig is hier
een ingang voor rolstoelen gemaakt. Naast
de trap, aan de rechterkant, bevond zich
een inpandige gang naar de aangebouwde
directeurswoning.
De gevels zijn gemetseld van rode Friese
drielingen, de plintbekleding is van platen
donkergroene kunststeen. De kozijnen, de
gootlijst en enkele andere onderdelen zijn
van grijze gewassen kunststeen, waarin
merendeels dubbele stalen schuiframen zijn
geplaatst met daartussen aan de zonzijde
Venetian blinds. De dakvensters zijn van
gewapend beton.
In het postkantoor is toegepaste kunst te
vinden die aansluit bij de functie van het
gebouw. In de lange gevel aan de Molen-
gracht zijn zeven gevelstenen aangebracht
van gegoten sierbeton, gemaakt naar een
ontwerp van de kunstenaar A. Diekerhof uit
Arnhem. Hier zijn afbeeldingen te zien die
te maken hebben met de afhandeling van
post.
Opvallend in de gevels en typerend voor de
wederopbouwarchitectuur is de afwisseling
van de ramen: hoge ramen en verschil
lende formaten vierkante ramen geven het
gebouw een voor die tijd modern en functi
oneel uiterlijk.
In het gebouw waren drie verschillende
functies aanwezig. Het gedeelte voor het
publiek, de kantoorruimte voor het admini
stratief personeel en het gedeelte voor de
ontvangst, verwerking en verzending van
poststukken. De medewerkers voor de logis
tieke postafhandeling hadden een aparte
ingang aan de Molengracht.
Aan de zijde aan de Stationsstraat bevinden
zich de drie ramen.Vanuit de portiek kwam
het publiek via draaideuren in een hoge
ruimte, met rechts een wand met balies.
Daarachter was het kantoor met aparte
ruimtes voor de kassier, typistes en voor het
sorteren van de postbusstukken. De kunste
naar Th. Van der Horst uit Arnhem maakte
voor de kantoorruimte twee wandschilderin-