mes o 4 Zutphen-Mofgftlmentaal doorgang nu van mjiuie! Dwarsdoorsnede van de kapcon structie. Opmeting en tekening C.J. Willems - Werkgroep Bouwhisto- rie Zutphen gelegd of zijn ingelaten. Hierop worden dan de eiken planken vastgespijkerd. Tijdens het programma van 19 april waren enkele fraaie beelden te zien van de zolder van het pand. Op dat moment ontbraken de mogelijkheden inhoudelijk dieper in te gaan op de daar zichtbare kapconstructie. Deze bestaat uit een drietal eiken dekbalkgebinten met krommers. Deze ondersteunen via de flieringbalken in de lengte van het pand de eiken daksporen waarop de panlatten zijn Detail van het middelste gebint van de eiken kapconstructie, dendrochronologisch gedateerd op herfst/winter 1577 en in 1579 geplaatst. Foto Frans Leuring - Werkgroep Bouwhistorie Zutphen gespijkerd. De gebinten en de flieringbalken zijn onderling verstevigd met windschoren ten behoeve van de stabiliteit in de lengte. Uit de aanwezige telmerken blijkt dat de gebinten sinds hun plaatsing onaangeroerd zijn geble ven, hergeen niet gezegd kan worden van de daksporen. Deze stammen deels uit een oudere bouwfase en vertonen duidelijk de kenmerken van hergebruik. Uit zowel het sporenhout als uit de gebinten zijn door de Duitse dendrochronoloog E. PreBler monsters genomen om aan de hand van de jaarringen de ouderdom van deze ele menten te kunnen bepalen. Hieruit bleek een oudste datering van ca. 1340 voor het spo renhout. Wat echter onvermeld bleef, was het gegeven dat het hout voor gebinten en balk lagen ook was bemonsterd en dat hieruit een datering voortkwam van herfst/winter 1577, daarmee geheel in logische overeenstemming met de datering van 1579 op de voorgevel! Vermeldenswaard is de speurtocht naar de huisnaam van het pand. De drie gevelstenen in de voorgevel vielen al vroeg op, stadsar chivaris Gimberg noemde ze in 1908 reeds1. Inhoudelijk was er tot dusver echter nooit aandacht aan besteed. Dat het merk boven de voordeur het familiemerk moest zijn van de familie Van Hekeren (dus niet te verwarren met de gelijknamige, maar anders gespelde adellijke familie) was al snel duidelijk. Het Zut- phense stadsarchief is namelijk gezegend met een digitaal ontsloten zg. Historisch Kadas ter waarin meldingen over huizenbezitters terug gaan tot ca. 1450. Bleef over de meest rechtse gevelsteen waarop een bijlachtig werktuig of wapen te zien is met een kroontje erboven. Nadat diverse opties waren afgeval len, zoals een bijl of een hellebaard, stuitte Michel Groothedde op een afbeelding van een halvemaansmes, een mes om leer te snij den en gebruikt door schoenmakers. In com binatie met het kroontje leek de naam Het Gekroonde Halvemaansmes voor het pand het meest voor de hand te liggen. Met een fraaie, door loco-burgemeester Rik de Lange ondertekende oorkonde2 werd de speurtocht en daarmee de uitzending afgesloten. J. Gimberg, Zutphense monumenten, gecompileerde overdruk uit Bijdragen Mededelingen Gelre, na 1908, 29 Vervaardigd door T. Demoed De eiken trap uit 1579 naar de vliering. Foto Frans Leuring - Werkgroep Bouwhistorie Zutphen Het huisnaamteken in de voorgevel, het Gekroonde Halvemaansmes. Foto J.S. Krijnen - Gemeente Zutphen

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphen MoNUmentaal (2000-2012) | 2006 | | pagina 7