stand
Zutphen-Molmen taal
De onbeschoten kap met aangesmeerde dakpannen vrij in het zicht. Foto J.S. Krijnen - Gemeente Zutphen
wind en eventuele stuifsneeuw geen kans
te geven, waren de kieren tussen de pannen
aan de onderzijde met kalkspecie dichtge
smeerd. Door het werken van de kap waren
grote hoeveelheden uitgeharde mortel op de
zoldervloer gevallen hetgeen het lopen op de
hier en daar sterk aangetaste plankenvloer
bemoeilijkte. Duivenpoep, spinnenwebben en
het ontbreken van licht maakten het verblijf
er al niet plezieriger op.
Met het sporenhout van de kap waarvoor we
kwamen was echter in het schijnsel van de
zaklamp weinig mis. Het was van eiken en
toonde diverse sporen van hergebruik. Aan de
zijde van Nieuwstad 2 (rechts, het pand van
Manders elektronica) waren deze daksporen
in een later stadium ingemetseld geraakt door
het ophogen van dat pand. De aanwezigheid
van een achteraf ingetimmerde zolderkamer
maakte het doen van verdere waarnemingen
onmogelijk. Er werd afgsproken dat de kap
gedocumenteerd zou worden en dat een
tweede bezoek zou plaatsvinden als de zol
derkamer zou zijn weggesloopt.
Bij het vervolgbezoek was behalve de zolder
kamer ook de gehele dakbedekking reeds
Eiken dakspoor, in de 19e eeuw
opnieuw toegepast en een kwart
slag gedraaid. Foto J.S. Krijnen -
Gemeente Zutphen
verwijderd en zodoende werd in het roze
licht van het afdekkende bouwplastic de
kap ingemeten en op alle aanwezige eiken
daksporen de aanwezigheid gecontroleerd
van oude telmerken. Hierbij is het nuttig te
weten dat het pand een lengte heeft van ca.
elf meter en dat in het verleden daksporen
meestal een hart op hart afstand hadden van
ca. 50-55 centimeter. Dat zou voor Nieuwstad
4 betekenen dat het 20 of 21 sporenparen
moet hebben gehad, niet veel afwijkend van
de 19 paren die de 19e-eeuwse kap bezat.
Dit gegeven bleek wonderwel te kloppen met
de aangetroffen telmerken. Op vrijwel elke
hergebruikte, eiken dakspoor kon een telmerk
worden aangetroffen, waarvan de meeste
dubbel. Dit rijmt volledig met historische
daken waarbij de sporen aan de zijde van het
linker en rechter dakvlak van telmerken zijn
voorzien.
Hiermee is duidelijk geworden dat de partij
hergebruikt eiken dat in de 19e eeuw werd
gebruikt om het verbouwde Nieuwstad 4 van
een nieuw dak te voorzien afkomstig moet
zijn van de lagere voorganger op dezelfde
plek. Het zal deze voorganger zijn geweest
die in 1832 kadastraal is ingemeten. Muur-
13