Vikingslac
Tijdens recente opgravingen in een complex van middeleeuwse kelders
onder de voormalige IJlandpanden aan de Houtmarkt in Zutphen zijn vele
bijzondere ontdekkingen gedaan. Zij geven ons een beeld van de vroegere
bewoners van de panden, maar de vondsten werpen vooral een nieuw
licht op de vroege geschiedenis van Zutphen.
Een opgraving in de IJlandpanden
Afkortingen
De interpretatie van skelet
De ringwalburg Zutphen
A
In juli en augustus 2004 heb ik in verband
met een veldwerkstage voor mijn studie
archeologie enige tijd de dagelijkse leiding
gehad over een opgraving aan Houtmarkt
67-71 in Zutphen.1 Het betrof onderzoek
voorafgaand aan een verbouwing van
een vijftal middeleeuwse kelders onder de
voormalige IJlandpanden. (zie afbeelding 1)
Min of meer gelijktijdig met de opgraving
vond bouwhistorisch onderzoek plaats door
AAC Amsterdams Archeologisch
Centrum
ROB Rijksdienst voor het Oud
heidkundig Bodemonderzoek
UvA Universiteit van Amsterdam
gemeentelijk bouwhistoricus J.S. Krijnen.
Hieruit kwam naar voren dat de panden in de
eerste helft van de 14e eeuw in baksteen zijn
gebouwd. Als delen van de dakconstructie
van 67 even oud zijn als de rest van het pand
kan de bouw ervan zelfs nauwkeuriger wor
den bepaald, namelijk rond 1330. De kelders
dateren waarschijnlijk ook uit deze periode en
door de aanleg ervan zijn eventuele oudere
bewoningssporen uit een houtbouwfase
grotendeels verdwenen. In de kelder van 67
is aan de straatzijde nog een ophogingslaag
met een paalkuil gevonden uit de eerste helft
van de 12e eeuw en verder dateren enkele
afval- en mestkuilen uit de 13e eeuw. Zij
vormen de enige archeologische aanwijzing
van bewoning in de directe omgeving voor
afgaand aan de baksteenfase. Uit de Late
Middeleeuwen en de Nieuwe Tijd zijn verder
enkele, soms zeer vondstrijke puin-, afval- en
beerkuilen aangetroffen.
De meest spectaculaire vondst tijdens de
opgraving betrof een derde, buitenste gracht
van de in aanleg laat 9e-eeuwse ringwalburg
van Zutphen. (zie afbeeldingen. 2, 4, en
5) Het blijkt nu dat de vroegmiddeleeuwse
versterking rondom Zutphen een stuk forser
moet zijn geweest dan tot nu toe aange
toond kon worden. Er waren al vermoedens
dat er nog een derde gracht zou zijn, maar
voor het eerst kon deze gracht over zijn
gehele breedte worden onderzocht. Niet
voor niets trok deze bijzondere ontdekking
veel aandacht van de media, waarbij vooral
belangstelling was voor de menselijke bot-
resten die in deze gracht waren gevonden.
Uit het fysisch-antropologisch onderzoek
van Frits Laarman (ROB) en Erica Rompel-
man (AAC/UvA) blijkt het te gaan om het
incomplete skelet van een volwassen vrouw
met een opmerkelijke beschadiging aan het
bekken door een scherp voorwerp. Hoe is
dit skelet uiteindelijk in de gracht terechtge
komen? Was de vrouw eveneens een slacht
offer van de vikingaanval in 882 waarvan
tijdens eerdere opgravingen de stille getuigen
zijn aangetroffen? Is het bekken beschadigd
door een verwonding van een zwaard of
bijl en hebben we inderdaad te maken met
een vikingslachtoffer? Om op deze vragen
een antwoord te kunnen geven zullen in dit
artikel enige resultaten van het onderzoek
verder worden toegelicht en zal het geheel in
een breder archeologisch en historisch kader
worden geplaatst.2
De ringwalburg van Zutphen heeft in een
aantal publicaties al uitgebreid aandacht
gekregen, ik zal hier daarom slechts een
korte samenvatting geven.3 De ringwalburg
van Zutphen bestaat uit een cirkelvormige
vroegmiddeleeuwse versterking met in totaal
een drietal droge grachten, mogelijk een
tweetal tussenwallen en een hoofdwal.4 De
ligging van deze grachten en wallen laat zich
nog steeds herkennen door het halfronde
straatverloop van de in elkaar verlengde lig
gende Groenmarkt, Houtmarkt en Zaadmarkt.
Oorspronkelijk zal de versterking geheel rond
Zutghen