OUDE WAND 53
huis 't Klompje
■Monumentenzorg
Foto archeologie >-
gemeente Zutphen
Foto archeologie
gemeente Zutphen
De sectie Archeologie van de ge
meente Zutphen raakte het afgelo
pen jaar betrokken bij graafwerk
zaamheden in de kelder van het
huis 't Klompje, Oude Wand 53. In
2000 en 2001 was eigenaar Ton
Rutten druk doende om dit pandje
te verbouwen tot een winkeltje en
bovenwoning. Diverse vondsten in
de kelder vormden de aanleiding
tot een aantal bezoekjes en de be
schrijving van de vondsten.
Het pand is tegen de stadsmuur
aangebouwd die als oostmuur fun
geert. In de noordmuur (zijde nr.
51) zijn de resten van een steun
beer aanwezig. De zuidmuur (zijde
nr. 55) staat al ruim een meter ten
zuiden van de volgende steunbeer.
Deze steunbeer is als fundering on
der de zuidelijke kelder aanwezig.
De oostmuur is, zoals gezegd, de
stadsmuur zelf, maar in de loop van
de tijd flink teruggekapt om ruimte
te winnen. Het pandje lijkt op
grond van het metselwerk en de
balklagen in de 18e en 19e eeuw tot
stand te zijn gekomen. In de 18e
eeuw komt ook de naam van her
berg 't Klompje' voor.
Op de kadastrale minuut van 1832
heeft het pandje reeds zijn huidige
breedte.l Het pand heeft de breedte
van anderhalve muurboog, wat ten
opzichte van de middeleeuwse per
ceelsuitgifte niet logisch is. De mid
deleeuwse muurhuisjes waren
meestal een muurboog breed, van
het midden van de steunbeer naar
het midden van de volgende en een
boog als interieur. Oude Wand 49
en 51 hebben nog altijd deze breed
te van een muurboog, wat op een
gevelbreedte van twee vensterassen
neerkomt. Oude Wand 53 (drie
vensterassen) zou dus naar het zui
den een half perceeltje verbreed
zijn. Hierop wijst ook een vondst in
de zuidelijke kelder. Van de steun
beerfundering naar de zijmuur met
nr. 55 is een beerputje gevonden
met een vulling met vondstmateri
aal uit de tweede helft van de vijf
tiende eeuw en het begin van de
zestiende eeuw. De put loopt echter
onder de zijmuur door naar Oude
Wand 55, vermoedelijk tot aan de
volgende steunbeer. Oude Wand
53-55, nu twee huizen, bestaat dus
uit drie bogen, corresponderend
met drie percelen rond 1500. Het
middelste perceel is opgedoekt ten
bate van de uitbreiding van beide
andere huizen. De nieuwe woning-
scheidende muur tussen 53 en 55
werd over de beerput van het opge
doekte pandje heen gebouwd Bij die
gelegenheid kreeg Oude Wand 53
twee kleine tongewelvenkeldertjes
naast elkaar waarbij de helft van de
beerput tot kelderdiepte werd ges
loopt. Slechts de onderste halve
meter met vondstmateriaal bleef
onder de keldervloer behouden.
Het vondstmateriaal bestaat uit
een maigelein (een middeleeuwse
glazen drinkbeker), roodbakkende
keramiek: een bakpan, kom, twee
borden en twee olielampen. Verder
een Langerwehe-steengoed kruikje,
een fragment van een tweede, een
Langerwehe 'spinpoije' en een
spinklos (Langerwehe is een dorpje
halfweg Aken en Keulen waar in de
late middeleeuwen veel keramiek
geproduceerd werd), voorts wat
botmateriaal van vis, gevogelte,
kleine en grote zoogdieren.
Twee scherven van Siegburger pro-
tosteengoed (Siegburg was ook een
succesvol productiecentrum van ke
ramiek tussen 1200 en 1600), ge
vonden in de ingraving van de
stadsmuur, wijzen op de datering
van de bouw van de muur omst
reeks 1275-1300. Een bijzonder ob
ject werd onder de keldervloer van
het noordelijke keldertje gevonden:
een benen tuimelaar van een kruis-
Zgfei!»
8